ENERGIE-EFFICIËNT GEBRUIK
1.
Verwijder alle toebehoren, die tijdens het kookproces niet nodig zijn.
2.
Open de deur niet tijdens het kookproces
3.
Wanneer u de deur tijdens het kookproces opent, schakelt u de bedrijfsmodus op „Licht"
(zonder verandering van de temperatuurinstelling)
4.
Verlaag bij bedrijfsmodi zonder ventilator 5 min tot 10 min voor het einde van het kookproces
de temperatuurinstelling naar 50 °C. Zo kunt u de warmte van de kookruimte gebruiken, om
het kookproces af te sluiten.
5.
Gebruik indien mogelijk de luchtcirculatiefunctie. Als gevolg daarvan kunt u de temperatuur 20
°C tot 30 °C verlagen.
6.
U kunt met de heteluchtfunctie op meerdere niveaus tegelijkertijd koken en bakken.
7.
Wanneer het niet mogelijk is, verschillende gerechten gelijktijdig te koken en te bakken, kunt u
ze na elkaar garen, om de voorverwarmde oven te gebruiken.
8.
Verwarm de lege oven niet voor, wanneer hij niet nodig is.
Plaats de gerechten onmiddellijk na bereiken van de gewenste temperatuur in de oven.
Wanneer de gewenste temperatuur is bereikt, schakelt het controlelampje uit.
9.
Gebruik geen reflecterende folie, zoals bijvoorbeeld aluminiumfolie, om de bodem van de
kookruimte af te dekken.
10. Gebruik indien mogelijk de timer en/of een temperatuursensor.
11. Gebruik donkere, matte en lichte bakvormen en -reservoirs. Gebruik geen zware toebehoren
met glimmende oppervlakken, zoals bijvoorbeeld roestvast staal of aluminium.
16