NL
Algemene instructies
Lees deze instructies zorgvuldig door
voorafgaand aan installatie en gebruik. Bewaar
deze handleiding voor naslagdoeleinden.
Het product mag uitsluitend worden
gebruikt zoals beschreven in de montage-
en bedieningsinstructies. De garantie geldt
uitsluitend als het product wordt gebruikt op
de bedoelde manier en in overeenstemming
met de instructies.
Toepassing
Het luchtgordijn PA3500 wordt geleverd
zonder verwarming, met elektrische
verwarming of warmwaterverwarming.
De PA3500 is bedoeld voor entrees en
kleinere deuren met een hoogte tot 3,5 meter.
De PA4200 is bedoeld voor grotere ingangen
en industriële deuren met een hoogte tot 4,2
meter.
Beschermklasse voor eenheden met
elektrische verwarming: IP20.
Beschermklasse voor eenheden
zonder verwarming en eenheden met
waterverwarming: IP21.
Bediening
De lucht wordt aan de boven-/onderkant
van de eenheid naar binnen getrokken en
naar beneden/buiten geblazen, zodat de
deuropening wordt afgeschermd en er zo
weinig mogelijk warmte verloren gaat. Voor
het beste gordijneffect moet de eenheid de
volledige hoogte/breedte van de deuropening
afdekken.
Het rooster voor het richten van de
uitblaaslucht is instelbaar en is normaliter
naar buiten gedraaid om de beste
bescherming tegen binnenstromende koude
lucht te geven.
De efficiëntie van het luchtgordijn is
afhankelijk van de luchttemperatuur, de
drukverschillen over de deuropening en de
winddruk.
Let op! Onderdruk in het gebouw vermindert
de efficiëntie van het luchtgordijn
aanzienlijk. Daarom moet de ventilatie in
balans zijn.
64
Montage- en bedieningsinstructies
Montage
Het assortiment luchtgordijnen biedt
mogelijkheden voor horizontale en verticale
installatie en de eenheden kunnen ook in
verlaagde plafonds worden ingebouwd.
Horizontale montage
Het luchtgordijn wordt horizontaal
geïnstalleerd met het uitblaasrooster zo dicht
mogelijk bij de deur en naar beneden gericht.
De minimale afstand van de eenheid tot de
vloer voor elektrisch verwarmde eenheden is
1800 mm. Voor andere minimale afstanden,
zie fig. 3.
kunnen meerdere eenheden naast elkaar
worden gemonteerd met behulp van een
verbindingsset (fig. 9).
waarbij kabels, leidingen en bevestigingen
worden verborgen, is verkrijgbaar voor wand-
en plafondmontage (zie de pagina's met
accessoires).
Montage met wandbeugels PA34WB (fig. 6)
1. Verwijder de kunststof afdekkingen van de
2. Monteer de beugels aan de muur, zie de
3. Draai de hamerkopschroeven op de eenheid
4. Borg de moeren zodanig, dat de
5. Schuif de eenheid op de consoles. (Fig. 6D)
6. Borg de moeren tegen de beugel en plaats
Horizontale montage aan het plafond
Draadstangen, draadophangsets en
plafondbeugels voor plafondmontage zijn als
accessoires verkrijgbaar, zie fig. 7 en 8 en de
aparte handleidingen.
Horizontale inbouwmontage in zwevende plafonds
Als accessoire is er een uitlaatverlengstuk
verkrijgbaar voor ingebouwde installatie, zie
fig. 10 en de aparte handleiding.
Voor de bescherming van bredere entrees
Een designset voor elegante installaties,
wandbeugels. (Fig. 6A)
afmetingen in fig. 6B.
in de gaten M8 vast. (Fig. 5 en 6C)
hamerkopschroeven op een hoogte van
20 mm zitten. Let op de richting van de
schroefkoppen. (Fig. 6C)
de kunststof afdekkingen terug. (Fig. 6E)