ALGEMEEN ONDERHOUD
1. Het motortoerental is afgeregeld op:
3600 – 3700 toeren per minuut (met lading).
2. Controleer of alle bouten en moeren stevig vastzitten. Draai
ze zo nodig stevig vast.
3. Controleer op brandstof- en olielekken.
4. Houd de RUBBER BUFFER uit de buurt van olie en
brandstof.
5. Controleer de V-riem en de distributieketting op slijtage,
schade en scheuren. Zo nodig vervangen door een nieuwe
riem.
6. Raadpleeg a.u.b. de "GEBRUIKSAANWIJZINGEN" voor de
HONDA-motor GX 160 voor het onderhoud van de motor.
Luchtfilter
Houd het luchtfilterelement schoon. Neem het buitenste
urethaanschuim en het binnenste element uit. Was het element
in kerosine of dieselolie. Verzadig het element met een mengsel
van 3 delen kerosine of dieselolie en 1 deel motorolie. Schud de
overtollige olie af en breng het filterelement terug aan. Was het
huis van de luchtfilter af met kerosine. Breng na het reinigen
motorolie aan op de binnenkant van het huis.
OPGELET
Als het luchtfilterelement ernstig vervuild is, kan de motor
slecht of niet starten, te weinig vermogen hebben of
onregelmatig lopen.
ONDERHOUD TIJDENS HET INLOPEN VAN DE MOTOR
Voor nieuwe uitrustingen moet het onderhoudsschema in het
begin worden aangepast om de verschillende onderdelen
degelijk in gebruik te nemen. Voer dit eerste eenmalige
onderhoud uit na 20 tot 300 uur werking naast het normale
onderhoudsschema. Na deze eerste fase kan het onderhoud op
regelmatige tijdstippen gebeuren.
Motorolie
Laat de motorolie af na de eerste 20 uur werking. Vul met de
correcte hoeveelheid aanbevolen olie. Controleer het oliepeil
met de oliefilterpeilstaaf.
Zie "MAANDELIJKS ROUTINEONDERHOUD (OF OM DE
100 UUR)".
Figuur 9
WAARSCHUWING
Hete olie en/of componenten kunnen brandwonden
veroorzaken.
Bij het aflaten moet de olie de normale bedrijfstemperatuur
hebben. Vermijd contact met hete olie of componenten.
BXR-100H Trilplaat met dubbele trilrichting
12-NL
BOVENGRENS
ONDERGRENS
Bedienings- en Onderhoudshandleiding
VULDOP/
PEILSTAAF