F
GB
D
BEDIENING
Zet de draaischijfvergrendelingsknop los.
■
Draai de draaischijf totdat de aanwijzer op de
■
gewenste hoek komt op de verstekschaalverdeling.
Zet de draaischijfvergrendelingsknop weer vast.
■
Opmerking: Dankzij de schaalverdeling kunt u de
draaischijf gemakkelijk op 0° - 15° - 22,5° - 30° en 45°
naar links of naar rechts instellen. De draaischijf kan
op een van de vaste hoekinstellingen op de
verstekschaalverdeling worden ingesteld.
WAARSCHUWING
Houd uw handen buiten de "verboden voor
handen"-zone op een afstand van minstens
75 mm van het zaagblad om ernstig lichamelijk
letsel te voorkomen. Maak nooit sneden uit de
vrije hand (dat wil zeggen zonder het werkstuk
tegen de aanslag aan te drukken). Het zaagblad
kan in het werkstuk grijpen als dit uitglijdt of
verbuigt.
Zorg ervoor dat de draaischijfvergrendelknop goed is
■
vastgedraaid.
Voordat u de zaagkop schuin gaat zetten, dient u
■
eerst de verschuifbare hulpaanslag (24) af te stellen
om de gewenste afschuinhoek te krijgen. Draai de
schroef (13) van de achteraanslag los, verschuif de
aanslag naar de gewenste positie en draai daarna de
schroef van de aanslag weer vast (afb. 30).
Draai de afschuinblokkeerknop (16) los en kantel de
■
zaagkop naar links in de gewenste schuine stand.
De afschuinhoek kan worden ingesteld tussen 0°
■
en 45°.
Zet de aanwijzer op de gewenste hoek.
■
Zodra de zaagkop op de gewenste hoek is gekanteld,
■
draait u de afschuinblokkeerknop weer stevig vast.
Leg het werkstuk plat op de draaischijf met de rand
■
stevig tegen de aanslag aan gedrukt. Als het werkstuk
kromgetrokken is, plaatst u de bolle kant tegen de
aanslag (13) en zet u het werkstuk met de klem (12)
vast (afb. 28a). Als u de holle kant tegen de aanslag
(13) zou plaatsen, bestaat het risico dat de plank aan
het einde van de zaagsnede tegen het zaagblad gaat
drukken en de zaag blokkeert (afb. 28b).
Wanneer u lange stukken hout of kroonlijsten zaagt,
■
moet u het andere uiteinde van het werkstuk
ondersteunen met een verlengarm.
Druk op de aan/uit-schakelaar van de laser om deze
■
aan en uit te zetten.
NL
E
I
P
S
DK
N
FIN
Nederlands
Lijn de op het werkstuk geprojecteerde zaaglijn uit
■
met het snijvlak van het zaagblad.
Gebruik de schroefklem (12) om het werkstuk tegen
■
de aanslag (13) vast te zetten.
WAARSCHUWING
Houd uw handen buiten de "verboden voor
handen"-zone op een afstand van minstens
75 mm van het zaagblad om ernstig lichamelijk
letsel te voorkomen. Maak nooit sneden uit de vrije
hand (dat wil zeggen zonder het werkstuk tegen de
aanslag aan te drukken). Het zaagblad kan in het
werkstuk grijpen als dit uitglijdt of verbuigt.
Doe, voordat u de zaagmachine aanzet, eerst een
■
proefbeweging met een stilstaand zaagblad om na te
gaan of de zaagsnede zonder probleem uitgevoerd
kan worden.
Houd de handgreep van de zaag stevig vast en druk
■
dan op de drukschakelaar. Wacht enkele seconden
totdat het zaagblad het maximale toerental heeft
bereikt.
Ontgrendel de onderste zaagbladbeschermkap en
■
breng de zaagkop daarna langzaam omlaag om het
zaagblad in het werkstuk te laten indalen.
Laat de aan/uit-drukschakelaar los en wacht tot het
■
zaagblad niet meer draait voordat u het uit het
werkstuk trekt.
LANGE WERKSTUKKEN ONDERSTEUNEN
(afb. 33)
De twee verlengarmen (8) zijn bedoeld om lange
werkstukken te ondersteunen om te voorkomen dat deze
kantelen. Deze verlengstukken moeten ervoor zorgen dat
het werkstuk tijdens het zagen vlak op de voetplaat en op
de draaischijf rust. Gebruik de schroefklem om het
werkstuk vast te zetten.
GROTE WERKSTUKKEN ZAGEN MET BEHULP
VAN DE RADIALE BEWEGING (afb. 34 t/m 36)
Wanneer u grote werkstukken doorzaagt door een
schuifbeweging met de zaagkop, moet het werkstuk
stevig tegen de achteraanslag te plaatsen en vastzetten
met behulp van de klem.
Draai de blokkeerschroef van de radiale beweging
■
(21) los.
Pak de handgreep (82) van de zaag stevig vast
■
(afb. 34).
Schuif de zaagkop zo ver mogelijk naar achteren en
■
druk daarna op de drukschakelaar (3) (afb. 35).
82
GR
H
CZ
RUS
RO
PL