Wat moet u doen in de volgende gevallen?
Probleem
Reden
De batterijen zijn bijna leeg.
De batterijen zijn leeg.
«ERR 1»
Signaal te zwak
«ERR 2»
Signaal voor een fout
«ERR 3»
Geen druk in de manchet
«ERR 5»
Abnormaal resultaat
216
Oplossing
Plaats nieuwe batterijen.
Plaats nieuwe batterijen.
De polsslagsignalen op de manchet zijn
te zwak. Doe de manchet anders om en
herhaal de meting.*
Tijdens de meting heeft de manchet
signalen voor een fout gedetecteerd,
veroorzaakt door bijvoorbeeld bewegen
of een gespannen spier. Meet opnieuw
en houd de arm stil.
In de manchet kan geen toereikende
druk worden gecreëerd. Misschien is er
een lek. Controleer of de manchet
correct is aangesloten en niet te los zit.
Vervang de batterijen indien nodig.
Meet opnieuw.
De meetsignalen zijn niet nauwkeurig
en daarom kan er geen resultaat worden
getoond. Lees de checklist voor
betrouwbare metingen en meet
opnieuw.*
Probleem
Reden
«Hi»
Polsslag of manchetdruk te
hoog
«LO»
Polsslag te laag
De bloeddruk is een
schommelende waarde. Bij
gezonde volwassenen zijn
afwijkingen van 10 tot
20 mmHg mogelijk.
De manchet is niet goed
aangebracht.
Meetwaarden van
herhaalde metingen
verschillen aanzienlijk.
De metingen zijn niet
consequent op harthoogte
uitgevoerd.
Praten, hoesten, lachen,
bewegen, enz. tijdens een
meting hebben een invloed
op de meting.
* Als dit probleem of een ander probleem herhaaldelijk optreedt,
raadpleeg dan uw arts.
Oplossing
De druk in de manchet is te hoog (meer
dan 300 mmHg) OF de polsslag is te
hoog (meer dan 200 slagen per minuut).
Ontspan 5 minuten en meet opnieuw*.
De polsslag is te laag (minder dan 40
slagen per minuut). Meet opnieuw*.
Geen
Zorg ervoor dat de meter als
volgt is aangebracht:
- op de handpalmzijde
van uw pols;
- ongeveer 2 cm van de handpalmlijn
vandaan.
Voor elke meting houdt u de meter op
harthoogte.
Tijdens het meten moet u zich
ontspannen, stil blijven zitten en mag u
niet bewegen of praten.
217