Descargar Imprimir esta página

Grundfos SE1 50 Manual De Instalación página 15

Publicidad

Idiomas disponibles

Idiomas disponibles

Waarschuwing
Houd uw handen of gereedschap weg uit de zuig-
of persopening van de pomp nadat de pomp is
aangesloten op de voedingspanning, tenzij de
pomp is uitgeschakeld door de zekeringen te ver-
wijderen of door de netschakelaar uit te schake-
len. U dient er zeker van te zijn dat de voe-
dingspanning niet per ongeluk kan worden
ingeschakeld.
Wij adviseren om altijd Grundfos toebehoren te
Voorzichtig
gebruiken om storingen als gevolg van een
onjuiste installatie te voorkomen.
Waarschuwing
Gebruik uitsluitend de hijsbeugel voor het hijsen
van de pomp. Gebruik deze niet om de pomp in
positie te houden tijdens bedrijf.
De SE1 en SEV pompen zijn geschikt voor verschillende types
opstellingen die beschreven worden in paragraaf 7.1, 7.2 en 7.3.
Alle pomphuizen hebben een gietijzeren PN 10 persflens, maat
DN 65, DN 80, DN 100 of DN 150 conform EN 1092-2.
De pompen zijn ontworpen voor continu bedrijf,
N.B.
zowel voor ondergedompelde als droge opstel-
ling.
Zie paragraaf 13. Technische gegevens.
Opstellingstypes
De SE1 en SEV pompen zijn ontworpen voor twee opstellingsty-
pes:
Ondergedompelde opstelling
- op voetbocht
- vrijstaand op een standring.
Droge opstelling
- verticaal op een voetsteun
- horizontaal met klembeugels voor bevestiging op een beton-
nen vloer of fundering.
Bij montage op voetsteun of klembeugels moet de pomp buiten
de put worden opgesteld. Een zuigleiding moet op de pomp wor-
den aangesloten.
Een maatschets voor elk individuele type opstelling kunt u ach-
terin dit boekje vinden.
7.1 Ondergedompelde opstelling op voetbocht
Pompen die bestemd zijn voor permanente opstelling kunnen
worden geïnstalleerd op een stationaire voetbochtsnelkoppeling
met geleidestangen. Het voetbochtkoppelsysteem is handig bij
onderhoud en service omdat de pomp gemakkelijk uit de put
gehaald kan worden.
Waarschuwing
Controleer alvorens aan de installatieprocedure
te beginnen, of de atmosfeer in de pompput niet
mogelijk explosiegevaarlijk is.
Zorg ervoor dat het leidingwerk wordt geïnstal-
leerd zonder onnodige kracht uit te oefenen.
De belasting van het leidingwerk mag niet door
Voorzichtig
de pomp worden gedragen. Wij adviseren om
losse flenzen te gebruiken om het installeren te
vergemakkelijken en om spanning op de leidin-
gen bij de flenzen en bouten te voorkomen.
Gebruik geen elastische onderdelen of balgen in
het leidingwerk; deze onderdelen dienen nooit
Voorzichtig
gebruikt te worden als een middel om het leiding-
werk uit te lijnen.
Ga als volgt te werk:
1. Boor montagegaten voor de beugel van de geleidestang bin-
nenin de put en maak de beugel van de geleidestang proviso-
risch vast met twee schroeven.
2. Plaats het voetstuk van de voetbocht op de bodem van de put.
Gebruik een schietlood om de juiste positie te bepalen.
Maak de voetbochtkoppeling met keilbouten vast. Als de
bodem van de put ongelijk is, dan moet het voetstuk van de
voetbocht worden ondersteund zodat dit voetstuk recht staat
bij het vastmaken.
3. Monteer de persleiding volgens de algemeen bekende proce-
dures, zonder de leiding te verdraaien of onder spanning te
zetten.
4. Plaats de geleidestangen op het voetstuk van de voetbocht en
stel de lengte van de stangen zorgvuldig in aan de geleide-
stangbeugel aan de bovenzijde van de put.
5. Draai de provisorisch vastgemaakte bevestigingsbeugel los.
Plaats de bovenste geleidestangbeugel in de geleidestangen.
Maak de geleidestangbeugel vast binnenin de put.
De geleidestangen dienen absoluut geen axiale
N.B.
speling te vertonen, aangezien dit veel lawaai
veroorzaakt als de pomp in bedrijf is.
6. Eventueel puin dient uit de put te worden verwijderd, voordat
u de pomp erin plaatst.
7. Monteer de geleideklauw aan de persopening van de pomp.
8. Schuif de geleideklauw van de pomp tussen de geleidestan-
gen en laat de pomp in de put zakken door middel van een
geborgde ketting die aan de hijsbeugel van de pomp is vast-
gemaakt. Wanneer de pomp het voetstuk met voetbochtkop-
peling bereikt, dan koppelt de pomp zich vanzelf.
9. Hang het uiteinde van de ketting op aan een degelijke haak
aan de bovenzijde van de pompput en zorg ervoor dat de ket-
ting niet in contact kan komen met het pomphuis.
10. Pas de lengte van de motorkabel aan door deze op te rollen
op een trekontlaster zodat de kabel niet wordt beschadigd tij-
dens bedrijf. Maak de trekontlaster vast aan een degelijke
haak bovenin de put. Zorg dat de kabels niet geknikt of afge-
kneld worden.
11. Sluit de motorkabel aan.
Het vrije uiteinde van de kabel mag niet worden
N.B.
ondergedompeld aangezien water dan via de
kabel in de motor kan doordringen.
Afb. 3 Ondergedompelde pomp op voetbocht
15

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

Se1 80Se1 100Sev 65Sev 80Sev 100