3. Veiligheidsinformatie
Slang
•
Dit apparaat mag alleen buitenshuis worden gebruikt.
•
Een slang en drukregelaar zijn meegeleverd met dit apparaat (alleen ZA)
•
Controleer de slang voor ieder gebruik en voordat u die aansluit op de gasfles op slijtage en
beschadigingen.
•
Gebruik het apparaat niet als de slang beschadigd of versleten is. Vervang de slang.
•
Gebruik het apparaat niet als het lekt, beschadigd is of niet naar behoren werkt.
Gasfles
•
Gebruik alleen flessen die zijn goedgekeurd overeenkomstig de wetgeving in uw land.
•
Plaats of vervang de gasfles altijd in een goed geventileerde ruimte, bij voorkeur buiten, uit
de buurt van mogelijke ontstekingsbronnen, zoals open vuur, waakvlammen en radiatoren,
en niet in de buurt van andere mensen.
•
Houd gasflessen uit de buurt van hitte en open vuur. Niet op een fornuis of ander heet
oppervlak plaatsen.
•
Gascartridges/hervulbare gasflessen dienen alleen in rechtopstaande positie te worden
gebruikt, zodat de brandstof op correcte wijze wordt onttrokken. Het niet naleven van
deze instructie kan leiden tot het weglekken van vloeistof uit de gasfles. Hierdoor kunnen
gevaarlijke gebruiksomstandigheden ontstaan.
•
Probeer de gasfles niet te verwijderen wanneer het apparaat in gebruik is.
•
In het midden van de gereedschapsplank is een uitsparing gemaakt waarin een gascartridge
kan worden geplaatst.
•
Na gebruik of wanneer het apparaat wordt opgeborgen, moet de gasfles worden
losgekoppeld.
Montage en gebruik
•
Het apparaat is draagbaar en zowel de poten als de gereedschapsplank kunnen eenvoudig
worden verwijderd en gemonteerd.
•
Montage/demontage door de gebruiker is beperkt tot het plaatsen/verwijderen van de poten,
de gereedschapsplank en kookplaten.
•
Let er bij het monteren van de poten altijd op dat de zekeringsringen goed zijn aangedraaid.
Het apparaat moet stabiel staan en niet wankelen. Gebruik het apparaat niet zonder dat de
accessoireplank is bevestigd. Deze plank is belangrijk voor de stevigheid van het apparaat.
•
Gebruik het apparaat alleen op een stevige, vlakke ondergrond.
•
Verplaats het apparaat niet wanneer het in gebruik is.
•
Als het hitteschild, de vetopvangbak of branderbak dermate beschadigd raken dat het
hitteschild en de vetopvangbak elkaar raken tijdens het gebruik, kunt u het apparaat niet
gebruiken. Breng het apparaat ter reparatie naar uw CADAC-leverancier.
•
Blokkeer of verander de luchttoevoeropeningen van de ventielklep niet. Dit kan de prestaties
van het product beïnvloeden en een onstabiele vlam geven.
•
Gebruik het apparaat niet in de buurt van brandbare materialen. De minimale veilige
afstanden zijn: Boven het apparaat 1,2 m. Aan de achterkant en zijkanten 600 mm (Zie
afbeelding 2.)
•
Waarschuwing: wij raden u aan bij het verwijderen en plaatsen van de deksel tijdens gebruik
van het apparaat ovenwanten te dragen. Het handvat kan erg heet zijn.
•
Waarschuwing: aanraakbare onderdelen kunnen erg heet worden. Het gebruik van
ovenwanten is raadzaam.
•
Houd kleine kinderen uit de buurt van het apparaat.
•
Alleen buitenshuis gebruiken
LET OP! Als het apparaat wordt gebruikt bij winderig weer, moet het deksel worden gebruikt
•
als windscherm in de positie zoals getoond op afbeelding 4.
Terugslag (vlam).
•
In het geval van terugslag (waarbij de vlam terugslaat en in de brander of de Venturi-
behuizing ontbrandt), dient u de gastoevoer onmiddellijk af te sluiten door eerst het
regelventiel op de gasfles dicht te draaien en daarna het ventiel op het apparaat. Nadat de
vlam is gedoofd, verwijdert u de drukregelaar en controleert u de conditie van de pakking.
Vervang de pakking als u niet zeker weet of die nog goed is. Steek het apparaat opnieuw
aan zoals beschreven in sectie 6 hieronder. Als de vlam blijft terugslaan, brengt u het apparaat naar een bevoegde CADAC-reparateur.
Lekkage
•
Als het apparaat gas lekt (gaslucht), draait u onmiddellijk de regelknop op de gasfles dicht. Als u het apparaat wilt controleren op lekkage,
doet u dit buiten. Probeer lekkages niet op te sporen met behulp van vuur, maar gebruik zeepwater.
•
De juiste manier om dit te doen, is zeepwater aan te brengen op de aansluitingen. Als zich belletjes vormen, is er sprake van een gaslek. Sluit
de gastoevoer onmiddellijk af door eerst het regelventiel op de gasfles dicht te draaien en daarna het ventiel op het apparaat. Controleer of alle
aansluitingen goed vastzitten en controleer opnieuw met zeepwater. Als u het gaslek niet kunt verhelpen, brengt u het product ter inspectie/
reparatie naar een CADAC-leverancier.
•
Controleer op lekkage aan het sluitstuk van het ventiel en bij de drukregelaaraansluiting van de gasfles met de gastoevoer van de gasfles
geopend, maar met de regelknop van het apparaat gesloten.
Slang
Slangklem
hier
plaatsen
Alleen van toepassing op modellen
8910-10, 8910-20,
8910-30, 8910-40,
8910-50, 8910-70
& 8910-80
39
39
Drukregelaar
Pakking
Gasflesventiel
Afb. 1
Afb. 2
Afb. 3
WIND
Afb. 4
NL