Relais
Relaiscontacten worden weergegeven in de afgevallen stand. Alle relais worden gelijk behandeld en
kunnen worden geconfigureerd als positieve of negatieve logica met behulp van P118
(Zie Instruction Manual).
Nominale waarden relais:
•
vier Form A, NO relais (1, 2, 4, 5)
•
twee Form C, NO of NC relais (3,6)
•
5A bij 250 V AC, niet inductief
Relaisfunctie
Opmerking: de MultiRanger 100 of 200 kan worden geprogrammeerd
met relais. Het aantal geïnstalleerde relais hangt af van het model. Open
om het aantal beschikbare relais te bepalen dat kan worden gebruikt in
uw MultiRanger 100 of 200 het deksel en tel het aantal grote witte relais
links van het display. Het is belangrijk het aantal relais op de printplaat te
tellen, omdat de software de programmering van max. zes relais
toestaat, ongeacht of deze zijn geïnstalleerd of niet.
Storing in voedingsspanning:
• Relais 1, 2, 4, en 5 zijn NO en zullen verbreken in de normale toestand
• Relais 3 en 6 zijn of NO of NC aangesloten en zij zullen verbreken in
de niet bekrachtigde toestanden.
mA uitgang
Raadpleeg voor meer informatie de mA uitgangsparameters (P200 t/m P219) in
de parameter sectie van de Gebruikershandleiding.
Voeding
Belangrijk!
• Zorg, voordat u voedingsspanning voor de eerste keer aansluit op de MultiRanger, dat
eventueel aangesloten alarm/besturings-apparatuur is uitgeschakeld, totdat een
bevredigende werking van het systeem is geverifieerd.
• Zorg er voor dat de eenheid is aangesloten op een betrouwbare aarde.
Opmerkingen voor AC voedingsaansluitngen
• De apparatuur moet zijn beschermd door een zekering van
15 A, of een veiligheidsautomaat in de elektrische installatie
van het gebouw.
• Een veiligheidsautomaat, of schakelaar in de installatie van
het gebouw, gemarkeerd als de UIT-schakelaar, moet zich in
de buurt bevinden van de apparatuur en binnen handbereik
van de operator zijn.
7ML19985QD83
MultiRanger – QUICK START HANDLEIDING
GND
L1
L2/N
Pagina NL-7