Starten Van De Pomp - Wilo HELIX VE 1 Serie Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 74
8. Opstarten
8.1 Vullen en ontluchten van het systeem
VOORZICHTIG! Mogelijke beschadiging van de
pomp!
Laat de pomp nooit drooglopen.
De installatie moet worden gevuld voordat de
pomp wordt opgestart.
8.1.1 Ontluchtingsprocedure – Uitvoeren met vol-
doende voordruk (Fig. 3)
- Sluit de twee veiligheidskleppen (2, 3).
- Schroef de ontluchtingsschroef los (6a).
- Open voorzichtige de veiligheidsklep aan de zuig-
zijde (2) en vul de pomp volledig (2).
- Draai de ontluchtingsschroef weer vast nadat de
lucht is ontsnapt en vloeistof uitstroomt (6a).
WAARSCHUWING!
Als de verpompte vloeistof heet is en onder hoge
druk staat kan de stroom die uit de ontluchtings-
schroef ontsnapt brandwonden of ander letsel
veroorzaken.
- Open de veiligheidsklep aan de zuigzijde volledig (2).
- Start de pomp (§ 8.2).
- Open de veiligheidsklep aan de perszijde volledig
(3).
Indien dit niet het geval is, verwissel dan de
twee fasen in de klemmenkast.
8.1.2 Ontluchtingsprocedure – Pomp in zuigmodus
(Fig. 2)
- Sluit de veiligheidsklep aan de perszijde (3). Open
de veiligheidsklep aan de zuigzijde (2).
- Verwijder de vulplug (6b).
- Open de ontluchtingsschroef gedeeltelijk (5b).
- Vul de pomp en zuigleiding met water.
- Waarborg dat er geen lucht in de pomp en in de
zuigleiding aanwezig is. Vul het systeem tot alle
lucht is verwijderd.
- Sluit de vulplug met de ontluchtingsschroef (6b).
- Start de pomp (§ 8.2).
- Open de veiligheidsklep iets aan de perszijde (3).
- Schroef de ontluchtingsschroef van de vulplug
om de lucht te laten ontsnappen (6a).
- Draai de ontluchtingsschroef weer vast nadat de
lucht is ontsnapt en vloeistof uitstroomt.
WAARSCHUWING!
Als de verpompte vloeistof heet is en onder hoge
druk staat kan de stroom die uit de ontluchtings-
schroef ontsnapt brandwonden of ander letsel
veroorzaken.
- Open de veiligheidsklep volledig aan de perszij-
de (3).
- Sluit de ontluchtingsschroef (5a).
Inbouw- en bedieningsvoorschriften -

8.2 Starten van de pomp

8.3 Werking met frequentie-omvormer
8.3.1 MODUS 1
8.3.2 MODUS 2
WILO-HELIX VE 1~
VOORZICHTIG! Mogelijke beschadiging van de
pomp!
De pomp mag bij een debiet van nul (gesloten
persklep) niet langer dan tien minuten lopen.
WAARSCHUWING! Gevaar voor lichamelijk letsel!
De koppelingsbeschermkappen moeten zijn
geplaatst en vastgezet met alle bevestigingen
wanneer de pomp in bedrijf is.
WAARSCHUWING! Schadelijk geluid!
Hoogvermogen pompen kunnen een hoog
geluidsniveau produceren. Gebruik de juiste
bescherming dicht in de buurt van de pomp.
WAARSCHUWING!
De installatie moet zo worden ontworpen dat nie-
mand gewond kan raken in het geval van vloeistof-
lekkage (bijv. storing van de mechanische afdich-
ting).
- Start de
pomp.
NAANWIJZING: Als de pomp afzonderlijk wordt
geleverd, d.w.z. als deze niet in een door ons
gemonteerd systeem is geïntegreerd, is de pomp
bij levering in modus 1.
handbedrijf modus 1 (Fig. 2, 3)
• Het bedrijfspunt van de pomp wordt bereikt door
het toerental van de motor met behulp van de
potentiometer (fig. A4, ref. 5) tussen 40 en 100%
van het maximale toerental in te stellen.
• Voor het opstarten raden wij aan de potentiome-
ter in de halve stand te zetten.
• Via de afstandsbediening (schakelaar) kan
de pomp tot stilstand worden gebracht (fre-
quentieomvormer belast met spanning).
Bedrijfssoort drukregeling (Fig. A1, A2, A3)
• Door gebruik te maken van een druksensor en een
membraandrukvat is het mogelijk om de druk van
de pomp te regelen.
• De sensor moet een nauwkeurigheid van <1%
hebben en in het bereik tussen 30% en 100%
van zijn meetbereik worden gebruikt; het drukvat
moet een bedrijfsvolume van ten minste 8 liter
hebben.
Geen water in het membraandrukvat. Breng in
het membraandrukvat een druk tot stand die
0,3 bar kleiner is dan de regeldruk van de pomp
(membraandrukvat en sensorkit als toebehoren
meegeleverd).
• Het setpoint voor de drukregeling wordt op twee
manieren ingesteld:
- De instelling van de potentiometer geeft het
setpoint voor een waarde tussen 10 en 100%
van het meetbereik van de sensor aan. Voor de
inbedrijfname adviseren wij de potentiometer au
maximum in te stellen.
Nederlands
69

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido