THERMOSTAAT
De verwarmingselementen van de oven worden ingeschakeld door de knop op de
gewenste funktie te plaatsen en door de thermostaatknop op de gewenste temperatuur
in te stellen.
De controle van de werking (ON-OFF) van de verwarmingselementen wordt uitgevoerd
door de thermostaat; zijn werking wordt aangegeven door het lampje op het knoppen-
bord.
BAKSTANDENSCHAKELAAR
Draai de knop met de klok mee om één van de bakstanden in te stellen.
VERLICHTING
Bij het instellen van de knop in deze positie, licht het ovenlampje op.
De oven blijft verlicht als de schakelaar op één van de funkties is ingesteld.
Afb. 4.1a
Afb. 4.1b
12
(Afb. 4.2a - 4.2b)
(Afb. 4.1a - 4.1b)
Afb. 4.2a
Afb. 4.2b