1. Trek aan de parkeerremmen.
2. Plaats uw voeten op de grond.
3. Houd de rolstoel stevig vast en, indien nodig, aan een vast voorwerp in de buurt.
4. Beweeg langzaam op de stoel.
6.4 VOORWAARTSE BEWEGING EN VERANDERING VAN RICHTING MET DE ROLSTOEL
Met behulp van de hoepels is het mogelijk om de rolstoel naar voren te bewegen en van richting te veranderen.
Voordat u zich zonder hulp van een helper verplaatst, is het noodzakelijk om het kantelpunt van de rolstoel te
identificeren.
18
WAARSCHUWING !
Risico op vallen!
De rolstoel kan naar voren kantelen als u op de voetsteun staat.
Ga nooit op de voetsteun staan terwijl u zit of uit de rolstoel opstaat.
LET OP !
Als de remmen gedeactiveerd of kapot zijn, kan de rolstoel ongecontroleerd bewegen.
Leun niet op de remmen terwijl u zit of uit de rolstoel staat
WAARSCHUWING !
Gevaar van kantelen
De rolstoel kan naar achteren kantelen als er geen kantelbeveiliging is geïnstalleerd.
Bij het bepalen van het kantelpunt van de rolstoel moet een helper direct achter de
rolstoel worden geplaatst om de rolstoel op te vangen voordat deze kantelt.
Om te voorkomen dat de rolstoel kantelt, installeert u een kantelbeveiliging.
WAARSCHUWING !
Gevaar van kantelen
De rolstoel kan naar voren kantelen.
Controleer bij het verstellen van de rolstoel zijn gedrag bij voorover kantelen en pas
uw rijstijl hierop aan.