Optie
Montage op vlakke ondergrond
Montage op een stang of een balk
Montage in een buis/ventilatiekanaal
Bij PIR 7x00-sensoren:
● Behuizing van de Junction Box Ex d op de afstandshouder monteren
(Afb. D).
2. Behuizing aan de aardingsschroef aarden. (Afb. A1).
3. Deksel afschroeven.
4. Sensor inschroeven (min. 5 omdraaiingen en 266 LB IN. / 30 Nm).
5. Op voorkeurpositie van de sensor letten (Afb. A2).
Bij PIR 7x00-sensoren (Afb. A2a):
● Het opschrift "Dräger" op de spatwaterbescherming moet horizontaal
leesbaar zijn.
Een afwijking van het horizontale vlak van maximaal ±30° is toegestaan.
6. Sensorstekker op de bus van de kabelboom (Y) aansluiten (Afb. B1).
● Bij DD/DQ CatEx-sensoren de sensorkabels met 7 omdraaiingen
ineendraaien (twisten) (Afb. B2).
7. Veldbedrading door de kabelinvoer leiden en met de klem (Y) verbinden.
Bij 3-aderige veldbedrading:
● Schroefbruggen tussen de contacten 1a/1b en 3a/3b van de klemmen
installeren. (Afb. C).
8. Deksel opplaatsen en vastdraaien (≥44 LB IN. / ≥5 Nm) (Afb. E).
9. Vastzetschroef aandraaien (≥ 8 LB IN. / ≥0,7 Nm) (Afb. E).
10. Niet gebruikte behuizingsopeningen met blindstoppen afsluiten.
11. Alle kabelinvoeren en blindstoppen aandraaien (min. 5 omdraaiingen en
266 LB IN. / 30 Nm).
Montage-instructie
|
Junction Box Ex d
Boorsjabloon: 4544299
®
Voor Polytron
87x0 IR aanvullend
6812617
Houderset 4544198
Buisaansluitset 6812725
Voor PIR 7x00 6812300
4
Verbinding met transmitters
4.1
Junction Box Ex d met Polytron
transmitters verbinden
®
1. Kabelboom (X) in de Polytron
-behuizing schroeven (afb. F1).
2. Veldbedrading door de kabelinvoer leiden en met de klem (X) verbinden
(afb. G).
Bij 3-aderige veldbedrading:
● Schroefbruggen tussen de contacten 1a/1b en 3a/3b van de klemmen
installeren. (afb. C).
3. Kabelafscherming op één van de beide aardingsschroeven van de
transmitter leggen (afb. G1).
4. Stekker van de kabelboom op de bus van de PCB-eenheid aansluiten.
5. Deksel opplaatsen en vastdraaien (≥44 LB IN. / ≥5 Nm) (Afb. E).
6. Vastzetschroef aandraaien (≥ 8 LB IN. / ≥0,7 Nm) (Afb. E).
7. Niet gebruikte behuizingsopeningen met blindstoppen afsluiten.
8. Alle kabelinvoeren en blindstoppen aandraaien (min. 5 omdraaiingen en
266 LB IN. / 30 Nm).
4.2
Junction Box Ex d met PointGard verbinden
Bij het verbinden met PointGard wordt de transmitter-kabelboom (X) niet
benodigd. Deze kan vakkundig afgevoerd of aan Dräger worden geretourneerd.
1. Veldbedrading door de kabelinvoer leiden en met de Remote-CatEx-
sensoraansluiting verbinden (Afb. G).
Bij 3-aderige veldbedrading:
● Dubbele adereindhulzen gebruiken (Afb. I).
2. PointGard sluiten, zie gebruiksaanwijzing van de transmitter.
1)
In de leveringsomvang van de PointGard 3200 CAT Remote inbegrepen
Verbinding met transmitters
®
-
1)
|
nl
31