10. PROBLEEMOPLOSSING
Als u een probleem met uw apparaat tegenkomt of denkt dat het apparaat niet goed
werkt, kunt u enkele eenvoudige controles uitvoeren voordat u om onderhoud vraagt. Zie
hieronder. U kunt in overeenstemming met dit hoofdstuk enkele eenvoudige controles
uitvoeren voordat u om onderhoud vraagt.
WAARSCHUWING!
Probeer het apparaat niet zelf te repareren. Als het probleem na het uitvoeren
van de hierna vermelde controles aanhoudt, neemt u contact op met een erkende
elektricien, geautoriseerd onderhoudsmonteur of de winkel waar u dit product hebt
aangeschaft.
Probleem
Het apparaat werkt
niet goed
Geuren uit de
compartimenten
Geluid uit het
apparaat
De motor blijft
continu werken
Er ontstaat een
laagje vries in het
compartiment
Mogelijke oorzaak & oplossing
Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit.
Controleer de zekering of het circuit van uw stroomtoevoer en
vervang dit zo nodig.
Het is normaal dat de vriezer niet werkt tijdens de automatische
ontdooicyclus of gedurende een korte periode nadat het apparaat is
ingeschakeld. Hiermee wordt de compressor beschermd.
D e b i n n e n k a n t v a n d e k o e l k a s t m o e t m o g e l i j k w o rd e n
schoongemaakt.
Bepaalde etenswaren, containers of verpakkingen veroorzaken geuren.
De onderstaande geluiden zijn normaal:
• Geluiden van de lopende compressor.
• Geluid van luchtverplaatsing uit de kleine ventilatormotor in het
vriezercompartiment of andere compartimenten.
• Gorgelgeluid dat klinkt als kokend water.
• Plofgeluid tijdens automatische ontdooiing.
• Klikgeluid voordat de compressor start.
Andere ongebruikelijke geluiden hebben de onderstaande oorzaken
en moeten mogelijk door u worden nagegaan en opgelost:
De kast staat niet waterpas.
De achterkant van het apparaat raakt de muur aan.
Flessen of containers vallen of rollen om.
Het is normaal om regelmatig het geluid van de motor te horen.
De motor moet vaker in werking treden onder de volgende
omstandigheden:
• De temperatuur is lager ingesteld dan nodig
• Er is onlangs een grote hoeveelheid warm voedsel in het
apparaat gezet.
• De temperatuur buiten het apparaat is te hoog.
• De deuren worden langdurig open gezet.
• Na het installeren van uw apparaat of als uw apparaat gedurende
langere periode is uitgeschakeld.
Controleer of de luchtopeningen niet door etenswaren worden
geblokkeerd en zorg dat u etenswaren zodanig in het apparaat
plaatst dat er voldoende ventilatie blijft. Controleer of de deur
volledig gesloten is. Zie het hoofdstuk 'Reiniging en onderhoud' voor
instructies waarmee u bevriezing kunt verwijderen.
NEDERLANDS
17