Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
OPTIONELE FUNCTIE
No.
Item
Optionele functie
81
Eco-werking
J8
82
Niet in gebruik
J9
83
Niet in gebruik
jA
84
Niet in gebruik
jb
85
Niet in gebruik
k1
86
Niet in gebruik
k2
87
Niet in gebruik
k3
88
Niet in gebruik
k4
Detectieniveau van de
89
k5
bewegingssensor
Selectie van toegestane
bedrijfsmodi wanneer de
90
besturingssensor van de
k6
binnenunit is ingesteld op
functie C8
91
Niet in gebruik
k7
Regeling voor de preventie
92
van condensatie op de
k8
lamellen.
200
PMML0497 rev.1 - 12/2020
Individuele
Instellingen
instelling
Functie niet geactiveerd
00
(fabrieksinstelling)
×
01
Functie ingeschakeld
00
-
-
01
-
00/01
-
-
00/01
-
00
-
-
01
00
-
-
01
00
-
-
01
00
01
-
-
02
03
00
Standaard (fabrieksinstelling)
01
Hoog
○
02
Laag
00
Alle modi toegestaan
01
Alleen koelen/drogen toegestaan
○
02
Alleen verwarming toegestaan
03
Alle modi toegestaan
00
01
○
-
02
03
Functie niet geactiveerd
00
(fabrieksinstelling)
○
01
Functie ingeschakeld
Instelvoorwaarden
Wanneer de unit opnieuw
wordt opgestart met de
afstandsbedieningsschakelaar,
schakelt de temperatuur automatisch in
de waarde ingesteld op "F5" of "F6".
Modellen:
RPF(I)-FSN2E
Niet beschikbaar, gebruiken als 00
condities
Gebruiken als 00 condities
Gebruiken als 00 condities
Gebruiken als 00 condities
Gebruiken als 00 condities
Gebruiken als 00 condities
Gebruiken als 00 condities
Gebruiken als 00 condities
Modellen:
RPF(I)-FSN2E
Niet beschikbaar, gebruiken bij 00
condities.
Deze parameter definieert de
gevoeligheid van de bewegingssensor.
De hoeveelheid activiteit in de kamer
wordt beoordeeld op basis van een
andere schaal op basis van deze
instelling.
Gedetailleerde informatie over de
werking van de bewegingssensor is te
vinden in de technische documentatie
van de binnenunits.
Deze functie wordt gebruikt om de
bedrijfsmodi te selecteren waarin
de instelling van C8 (gebruik van de
sensor van de afstandsbediening
of externe sensor op THM4 om
de binnenunit te bedienen) is
ingeschakeld.
Gebruiken als 00 condities
Er kan in de koeling/
ontvochtigingsmodus condensatie
optreden rond de luchtuitlaat wanneer
de luchtstroom langere tijd horizontaal
en neerwaarts blaast.
Deze functie wordt gebruik om
condensatie te voorkomen door
de hoek van de lamellen elk uur
30 minuten lang automatisch in de
derde stap te schakelen.
(In RPK-units wordt deze functie
geactiveerd met DSW2-4 in plaats van
de optionele functie K8)
Beschrijving
Publicidad
