5.
Meet de verticale afstand tussen P
D
en de verticale afstand tussen P
3
D
.
4
6.
Bereken de maximale verschoven afstand en
vergelijk dat met het verschil van D
in de vergelijking wordt getoond.
7.
Als de som niet minder is dan of gelijk is aan
de berekende maximale verschoven afstand
moet het gereedschap worden teruggestuurd
naar de Stanley-leverancier en worden
gekalibreerd.
NL
Maximale Verschil in afstand:
Maximaal = 0,4 mm/m x (D
Vergelijk: Afbeelding Ⓘ
D
- D
3
4
Voorbeeld
• D
= 10 m, D
= 0,5 m
1
2
• D
= -0,5 mm
3
• D
= 1,0 mm
4
• 0,4 mm/m x (10 m - (2 x 0,5 m) = 3,6 mm
(maximale verschil in afstand)
• (-0,5 mm) - (1,0 mm) = -1,5 mm
• -1,5 mm ≤ ± 3,6 mm
(WAAR, Gereedschap ligt binnen de kalibratie)
Horizontale straal, Hellingrichting
Nauwkeurigheid (Afbeelding Ⓙ)
1.
Kies een wand als doel en meet de lengte (D1).
Plaats de laser op de helft van de afstand van
D1 van de wand. Schakel de laser in en activeer
alle verticale stralen. Richt de voorste verticale
straal op de wand. Markeer punt P1 waar de
horizontale en verticale stralen elkaar kruisen.
2.
Roteer de laser 90 graden. Lijn de tweede
verticale straal uit met punt P1. Markeer punt P2
waar de verticale en horizontale stralen elkaar
kruisen.
3.
Roteer de laser 90 graden. Lijn de derde verticale
straal uit met punten P1 en P2. Markeer punt P3
waar de verticale en horizontale stralen elkaar
kruisen.
54
en P
1
en P
2
en D
3
m - (2 x D
m))
1
2
5.
≤ ± Maximum
4.
voor
Roteer de laser 90 graden. Lijn de vierde
3
voor
verticale straal uit met punten P1, P2 en P3.
4
Markeer punt P4 waar de verticale en horizontale
stralen elkaar kruisen.
5.
, zoals
Meet de verticale afstand D
4
en het laagste punt.
6.
Bereken het maximale verschil in afstand en
vergelijk dat met D
7.
Als D
2
berekende maximale verschoven afstand
moet het gereedschap worden teruggestuurd
naar de Stanley-leverancier en worden
gekalibreerd.
Maximale verschil in afstand:
Maximaal = 0,4 mm/m x D
Vergelijk: Afbeelding Ⓙ, stap
D
Voorbeeld
• D
= 10 m, D
1
• 0,4 mm/m x 10 m = 4 mm
(maximale verschil in afstand)
• 1,0 mm ≤ 4 mm
(WAAR, Gereedschap ligt binnen de kalibratie)
Nauwkeurigheid verticale waterpaslijn
(Afbeelding Ⓚ)
1.
Meet de hoogte van een deurpost of een
referentiepunt voor afstand D
lasergereedschap zoals wordt getoond, met de
laser ingeschakeld (ON). Richt de verticale straal
naar de deurpost of een ingesteld referentiepunt.
Markeer punt P
2.
Verplaats het lasergereedschap naar de
tegenovergestelde zijn van de deurpost of het
referentiepunt en lijn dezelfde verticale straal uit
met P
2
3.
Meet de horizontale afstanden tussen P
verticale straal vanaf de 2e locatie.
4.
Bereken het maximale verschil in afstand en
vergelijk dat met D
tussen het hoogste
2
.
2
niet minder is dan of gelijk is aan de
m
1
5.
≤ Maximum
2
= 1,0 mm
2
. Plaats het
1
, P
en P
, zoals wordt getoond.
1
2
3
en P
.
3
.
2
en de
1