4.3 PROGRAMMEREN
4.3.1 BEDRIJFSMENU
Deze functie wordt gebruikt om de bedrijfsmodus van de kachel te kiezen.
HANDLEIDING Ononderbroken werking van de kachel Het commando om
●
de kachel aan/uit te zetten wordt handmatig gegeven door op de toets
AAN/UIT te drukken.
AUTOMATISCH De kachel schakelt automatisch aan en uit overeenkomstig
●
het weekprogramma (zie timermenu).
Bevestig door op de toets ENTER te drukken, of annuleer de instelling door
middel van de functietoets. Na het selecteren van de gewenste optie zal de
kachel terugkeren naar het hoofdmenu.
De bedrijfsstatus kan ook van automatisch naar handmatig gewijzigd worden
door op de toets te drukken. Het volgende bericht zal dan op het scherm
weergegeven worden: en daarna het dagprogramma.
4.3.2 EEN DROGE KACHEL STARTEN
Het volgende deel beschrijft de normale functies van de regelaar die gewoonlijk
geïnstalleerd wordt in een droge kachel met verwijzing naar de functies die
beschikbaar zijn voor de gebruiker. De aanwijzingen hieronder verwijzen
naar een regelaar die uitgerust is met een timeroptie voor de thermostaat.
De onderliggende paragrafen leggen echter de nadruk op technische
programmeermethoden.
Voor het aanzetten van de kachel moet het scherm eruit zien als afbeelding.
Om de kachel aan te zetten
De kachel wordt handmatig aangezet door gedurende enkele seconden op P3
(AAN/UIT) te drukken. Hetzelfde proces moet toegepast worden om de kachel
uit te zetten. Een volledige cyclus bestaat gewoonlijk uit vijf kenmerkende fases
(ontsteking, vlamstabilisatie, normaal bedrijf, economisch en uitschakelen) die
afwisselen afhankelijk van de temperatuur of rookgastemperatuur en bepaalde
andere parameters.
1
118
Ontstekingsfase
De kachel wordt aangezet door gedurende enkele seconden op P3 (AAN/
UIT) te drukken. Deze procedure begint bij het ontsteken van de bougie (een
verwarmingsspiraal) en het ononderbroken laden van pellets door middel van de
pelletlader. Op het scherm zullen achtereenvolgens de woorden "AANZETTEN",
"PELLET LADEN" en "WACHTEN OP VLAM" weergegeven worden. Na ongeveer
45" zal de aandrijfmotor stoppen en de rookafzuigventilator (met een
vooraf ingestelde snelheid) aanschakelen. Zodra de pellet ontstoken is en de
rookgastemperatuur 50°C bereikt, zal het verwarmingselement uitschakelen
en start de fase van de vlamstabilisatie. De ontstekingsfase is voltooid bij het
bereiken van 65°C, maar om veiligheidsredenen is de maximumtijd voor de
verwarmingsspiraal 15'. Als de pellets niet ontstoken zijn voor het verstrijken
van deze tijd zal het alarm "ONTSTEKEN MISLUKT" op het scherm weergegeven
worden.
Vlamstabilisatiefase
In deze fase laadt de lader de pellets tegen een vooraf ingestelde snelheid. Als
de rookgastemperatuur hoger wordt dan 50°C, schakelt de kachel over naar de
vlamstabilisatiefase. In de vlamstabilisatiefase begint de rookgasafzuigventilator
te draaien aan de vooraf ingestelde snelheid en wordt gecontroleerd of de
temperatuur stabiel blijft gedurende een bepaalde tijd. Daarna schakelt de
kachel over naar de modus "BEDRIJF".
Bedrijfsfase
Het circuit is voorzien voor het gebruik van een externe thermostaat. Er bestaan
verschillende bedrijfsmodi voor de kachel afhankelijk van de instellingen van de
externe thermostaat, de kamerthermostaat en de gemeten kamertemperatuur:
T amb: Kamertemperatuur gemeten door de sensor
T setAmb: Kamertemperatuur ingesteld door de externe thermostaat
T setTerm: Kamertemperatuur ingesteld in INGESTELDE KAMERTEMPERATUUR
Met de externe thermostaat uitgeschakeld (Tamb > TsetTerm): Het woord
"ton" wordt weergegeven op het scherm en de kachel werkt op het ingestelde
vermogen tot de thermostaat geactiveerd wordt.
Met de externe thermostaat ingeschakeld (Tamb > TsetTerm): De kachel werkt op
het ingestelde vermogen tot de temperatuur TsetTerm (Tamb <TsetTerm) bereikt
wordt. De kachel zal nu overschakelen op de economy-fase.
1
119