7
ADRES INSTELLEN
• Het wijzigen van alle binnenadressen vanaf een willekeurige bekabelde afstandsbediening;
(Wanneer de instelling met de automatische adressering afgerond is, is deze wijzigingsmogelijkheid beschikbaar.)
Inhoud:
Met een willekeurige bekabelde afstandsbediening kan het adres van de binnenunit worden gewijzigd voor elke aircolijn
∗ ∗ ∗ ∗ ∗ Wijzig het adres in de modus 'adres controleren/wijzigen'.
<Procedure>
(Bediening terwijl de airconditioner gestopt is)
1
Druk tegelijkertijd de toetsen
Eerst worden lijn 1, itemcode
2
Selecteer het lijnadres met de
3
Druk op
.
SET
• Het binnenunitadres, dat aangesloten is op de aircolijn van de geselecteerde buitenunit, wordt weergegeven en de
ventilator wordt ingeschakeld.
Eerst wordt het actuele binnenunitadres weergegeven bij de instelgegevens. (lijnadres wordt niet weergegeven.)
4
Het binnenunitadres van de instelgegevens gaat omhoog/omlaag door gebruik te maken van de
timertoetsen
/
Voer het nieuwe adres in bij de instellingsgegevens.
5
Druk op
om de instellingsgegevens te bepalen.
SET
6
Telkens wanneer u de toets
aircolijn weergegeven. Alleen de ventilator van de geselecteerde binnenunit werkt.
4
Herhaal procedure
7
Druk op
.
SET
(Alle displays op het LCD gaan aan.)
8
Druk op de toets
SET DATA
1
SET
CL
3
Annulering van lijnselectie
Wanneer hier het unitnummer niet
wordt vermeld, bestaat de buitenunit
niet in deze lijn.
Druk op
en selecteer een lijn
CL
volgens procedure
+
AC
(Address Change/adreswijziging) weergegeven.
+
UNIT
.
indrukt, wordt het volgende nummer van een binnenunit in dezelfde
UNIT
6
t/m
en wijzig de binneunitadressen zodanig dat zij niet dubbel voorkomen.
om de procedure af te ronden..
CODE No.
UNIT No.
R.C. No.
2
UNIT
2
.
minimaal 4 seconden in.
toetsen.
4
8
5, 7
Om de instelling te beëindigen
Bedieningsprocedure
1
2
3
163
CODE No.
SET DATA
UNIT No.
R.C. No.
UNIT
SET
CL
4
5
6
7
6
8
Eind