Sluit de ingang aan
Gebruik slangen, die geschikt zijn voor een druk van minstens 1 bar.
Aanbevolen combinaties voor gebruik van de slangtuiten:
Ingang
50 mm (2 inch)
38 mm (1½ inch)
38 mm (1½ inch)
50 mm (2 inch)
Zo gaat u te werk:
C
1. Het inloopmondstuk in de ingang schuiven.
– Het inloopmondstuk is alleen nodig bij een doorstroomhoeveelheid < 10000 l/h, zodat de
reinigingsrotor storingsvrij kan werken.
2. De slangtule met wartelmoer en afdichting op de ingang schroeven.
3. Schuif de slangklem over de slang, steek de slang op de slangtule en zet deze vast met de
slangklem.
Sluit de uitgang aan
Zo gaat u te werk:
D
1. De adapter met afdichting op de uitgang schroeven en handvast aandraaien.
2. De trapsgewijze slangtuit met wartelmoer en afdichting op de adapter schroeven.
3. Schuif de slangklem over de slang, steek de slang op de slangtule en zet deze vast met de
slangklem.
4. De afsluitkap met pakking op de uitgang schroeven.
– De afsluitkap moet de uitgang tegenover de ingang afsluiten, zodat de hoofdstroom van het
water langs de UVC-lampen loopt en zo lang mogelijk verlicht wordt.
Het apparaat op de doorstroomfilter aansluiten
• Neem de benodigde afstanden in acht. (→ Afstanden in acht nemen)
• Een trekschuif in de watertoevoer voor de ingang van het apparaat plaatsen wanneer het ap-
paraat onder het waterniveau wordt opgesteld. Bij onderhoudswerkzaamheden kan de water-
toevoer worden afgesloten.
Uitgang 1
Uitgang 2
(tegenover ingang)
50 mm (2 inch)
afgesloten
38 mm (1½ inch)
afgesloten
38 mm (1½ inch)
38 mm (1½ inch)
38 mm (1½ inch)
38 mm (1½ inch)
Benodigde accessoires
–
–
Voor uitgang 2 een slangtule 38
mm (1½ inch) met wartelmoer 38
mm (1½ inch)
NL
45