2.4.
Veilig gebruik van het apparaat
a)
Overbelast het apparaat niet. Gebruik het juiste gereedschap voor de gegeven taak. Een juist gekozen
apparaat zal de taak waarvoor het is ontworpen beter en veiliger uitvoeren.
b)
Gebruik het apparaat niet als de AAN/UIT-schakelaar niet goed functioneert (schakelt het apparaat
niet in en uit). Apparaten die niet met de AAN/UIT-schakelaar kunnen worden in- en uitgeschakeld,
zijn gevaarlijk, mogen niet worden gebruikt en moeten worden gerepareerd.
c)
Ontkoppel het apparaat van stroom voordat u begint met afstellen, schoonmaken en onderhoud. Een
dergelijke preventieve maatregel vermindert het risico van onbedoelde activering.
d)
Bewaar het apparaat wanneer het niet in gebruik is op een veilige plaats, uit de buurt van kinderen en
mensen die het apparaat niet kennen en de gebruiksaanwijzing niet hebben gelezen. Het apparaat kan
een gevaar vormen in de handen van onervaren gebruikers.
e)
Houd het apparaat in perfecte technische staat. Controleer vóór elk gebruik op algemene schade en
controleer vooral op gebarsten onderdelen of elementen en op andere omstandigheden die de veilige
werking van het apparaat kunnen beïnvloeden. Indien schade wordt geconstateerd, dient het
apparaat voor gebruik ter reparatie te worden aangeboden.
f)
Houd het apparaat buiten het bereik van kinderen.
g)
Reparatie of onderhoud van het apparaat moet worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel,
uitsluitend met gebruikmaking van originele reserveonderdelen. Dit garandeert een veilig gebruik.
h)
Om de operationele integriteit van het apparaat te waarborgen, mogen in de fabriek gemonteerde
afschermingen niet worden verwijderd en mogen geen schroeven worden losgedraaid.
i)
Laat dit apparaat niet onbeheerd achter als het in gebruik is.
j)
Maak het apparaat regelmatig schoon om te voorkomen dat hardnekkig vuil zich ophoopt.
k)
Het apparaat is geen speelgoed. Reiniging en onderhoud mogen niet door kinderen worden
uitgevoerd zonder toezicht van een volwassen persoon.
l)
Het is verboden aan de structuur van het apparaat te zitten om de parameters of de constructie ervan
te wijzigen.
m) Houd het apparaat uit de buurt van vuur- en warmtebronnen.
n)
Overbelast het apparaat niet.
o)
Dek de ventilatieopeningen niet af!
p)
Zorg ervoor dat metalen voorwerpen niet in contact komen met de accupolen of klemmen van het
apparaat dat op de accu is aangesloten - risico op kortsluiting en schade aan het elektrische systeem.
ATTENTIE! Ondanks het veilige ontwerp van het apparaat en de beschermende functies ervan, en
ondanks het gebruik van extra elementen ter bescherming van de bediener, bestaat er toch een
klein risico op een ongeval of letsel bij het gebruik van het apparaat. Blijf alert en gebruik uw
gezond verstand wanneer u het apparaat gebruikt.
3. Gebruik richtlijnen
Het apparaat is ontworpen voor het testen van de toestand van 12/24 V-accu's van auto's, motorfietsen en
scooters.
Het product is uitsluitend bedoeld voor thuisgebruik.
De gebruiker is aansprakelijk voor alle schade die voortvloeit uit onbedoeld gebruik van het apparaat.
NL