5.3.5
Aansluitschema
Geldigheid: VAIB1-020WNI
2
1
1
Verbindingskabel blauw
2
Verbindingskabel geel
en groen
Geldigheid: VAIB1-025WNI OF VAIB1-035WNI OF VAIB1-050WNI OF
VAIB1-065WNI
N(1)
4
3
1
Verbindingskabel geel
en groen
2
Verbindingskabel bruin
6
Product aan gebruiker opleveren
▶
Toon de gebruiker na de installatie de plaats en de func-
tie van de veiligheidsinrichtringen.
▶
Wijs de gebruiker vooral op de veiligheidsvoorschriften
die hij in acht moet nemen.
▶
Informeer de gebruiker erover dat het product volgens de
opgegeven intervallen dient te worden onderhouden.
144
N(1)
2
3
3
4
3
Verbindingskabel bruin
4
Verbindingskabel zwart
2
3
1
2
3
Verbindingskabel zwart
4
Verbindingskabel blauw
7
Verhelpen van storingen
7.1
Storingen verhelpen
▶
Oplossen van storingen conform de tabel in de bijlage.
7.2
Reserveonderdelen aankopen
De originele componenten van het product werden in het ka-
der van de conformiteitskeuring door de fabrikant meegecer-
tificeerd. Als u bij het onderhoud of reparatie andere, niet ge-
certificeerde of niet toegestane delen gebruikt, dan kan dit
ertoe leiden dat de conformiteit van het product vervalt en
het product daarom niet meer aan de geldende normen vol-
doet.
We raden ten stelligste het gebruik van originele reserveon-
derdelen van de fabrikant aan, omdat hierdoor een storing-
vrije en veilige werking van het product gegarandeerd is. Om
informatie over de beschikbare originele reserveonderdelen
te verkrijgen, kunt u zich tot het contactadres richten, dat aan
de achterkant van deze handleiding aangegeven is.
▶
Als u bij het onderhoud of de reparatie reserveonderde-
len nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele reserve-
onderdelen die voor het product zijn toegestaan.
8
Inspectie en onderhoud
8.1
Inspectie- en onderhoudsintervallen in acht
nemen
Aanwijzing
Overeenkomstig de richtlijn 517/2014/EC moet
het volledige koudemiddelcircuit regelmatig aan
een dichtheidscontrole worden onderworpen.
Neem alle nodige maatregelen voor de correcte
uitvoering van deze controles en noteer de resul-
taten correct in het onderhoudsboek van de instal-
latie. Voer een dichtheidscontrole met volgende
intervallen uit:
Systemen met minder dan 7,41 kg koudemiddel
=> hierbij is geen regelmatige controle vereist.
Systemen met 7,41 kg koudemiddel of meer =>
minstens één keer per jaar.
Systemen met 74,07 kg koudemiddel of meer =>
minstens één keer om de zes maanden.
Systemen met 740,74 kg koudemiddel of meer =>
minstens één keer om de drie maanden.
▶
Neem de minimale inspectie- en onderhoudsintervallen in
acht. Afhankelijk van de resultaten van de inspectie kan
een vroeger onderhoud nodig zijn.
Installatie- en onderhoudshandleiding 8000011833_00