Inbedrijfstelling
teerbeweging beëindigd is. Vervol-
gens verandert het display naar de
normale weergave.
2
Afbeelding 9
6.4
Montage van de venster- en
deurcontacten
6.4.1 Selectie van een geschikte
installatieplaats
Selecteer het raam of de deur voor het
monteren van de venster- en deurcon-
tacten.
• Bevestig een deel van het raam- en
deurcontact (magnetisch contact (I)
of elektronische eenheid (K) op het
bewegende deel (deur- of raamv-
leugel), de andere op het vaste deel
(kozijn) van het raam of de deur
5 mm
Afbeelding 10
• Bevestig het venster- en deurcontact
aan de zijkant van de venster-/ deur-
1
5 mm
greep in het bovenste derde deel van
het raam/ kader (voor montage zie
„6.4.2 Montage van de plakstrip" op
pagina 113).
• Het magneetcontact kan hori-
zontaal of verticaal en links of
rechts van de elektronische een-
heid van het venster- en deurcon-
tact worden gemonteerd.
De elektronische eenheid en het
magnetische contact moeten op
dezelfde hoogte geplaatst wor-
den. U kunt bij het magnetische
contact daarvoor een afstandsstuk
(J) gebruiken.
De ideale afstand tussen de rand
van de behuizing van het venster-
en het deurcontact en het mag-
neetcontact is 5 mm (zie afbeel-
ding 10).
6.4.2 Montage van de plakstrip
Let er op, dat bij het monteren van
de plakstrip, de montagebasis
glad, onbeschadigd, zuiver, vrij
van vet en oplosmiddelen is en
niet te koel.
Om het venster- en deurcontact met
de plakstrip te monteren, gaat u als
volgt te werk:
• Bevestig de grote dubbelzijdige plak-
strips aan de achterzijde van de beu-
gel (H) (zie afbeelding 11) en druk het
toestel in de gewenste positie.
• Plaats de magneet in de houder aan
de achterzijde en steek de achterkant
in de behuizing van het magnetische
contact.
113