Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
H. Om 16:00u regent het opnieuw. Het
dak gaat dicht aangezien de regen-
functie nu wel terug actief is.
Dit is om 14:33u terug automatisch
geactiveerd.
De gebruiker kan niet zien in welke status
de sturing zich bevindt. Enkel de oranje
led in de stuurdoos geeft dit aan.
5. Controleer de
buitentemperatuur
Indien de temperatuur in de stuurdoos
lager dan 4°C is (kan afwijken tov de
werkelijke buitentemperatuur, zie punt 3)
en de vorstfunctie actief is (dient geacti-
veerd te worden door de installateur), zal
de regensensor, indien deze nat is, wer-
ken als een sneeuwsensor.
De sneeuwstand heeft voorrang op de
regenstand.
De sneeuwstand werd gekozen (gepro-
grammeerd) tijdens het programmeren
van de motorsturing. Deze kan dicht zijn,
maar ook verticaal of eender welke po-
sitie. Indien er weinig risico is op grote
opstapeling van sneeuw kan de gesloten
stand als sneeuwstand gekozen worden
(sneeuw en regen zelfde gesloten posi-
tie).
6. Activatie van de sneeuw-
(enkel in combinatie
met regensensor) en
vorstbeveiliging
De sneeuw- en vorstpositie zijn stan-
daard niet ingeschakeld!
Door het inschakelen van de vorstbevei-
liging (d.m.v. activatie van de tempera-
tuursensor) zullen de lamellen, wanneer
de temperatuur in de stuurdoos onder de
4°C zakt, ongeveer 10° à 15° openen om
te verhinderen dat deze vastvriezen.
Opmerking: In gebieden waar regelma-
tig 50 cm sneeuwval voorkomt, dient u
ook een optionele regensensor te plaat-
sen om de sneeuwpositie te activeren
(eveneens door activatie van de tempe-
ratuursensor).
Wanneer de temperatuur in de stuurdoos
onder de 4°C zakt en regen (sneeuw)
wordt gedetecteerd, zal het lamellendak
automatisch naar de ingestelde verticale
sneeuw positie openen.
Het activeren van de temperatuursensor
gebeurt door de installateur.
Belangrijke opmerking i.v.m.
de werking van de vorst- en
sneeuwbeveiliging!
De temperatuursensor bevindt zich in de
motorstuurdoos. Zo wordt de tempera-
tuur dus ook gemeten in de motorstuur-
doos.
Deze temperatuur kan in bepaalde ge-
vallen een kleine afwijking vertonen t.o.v.
de werkelijke buitentemperatuur. Dit kan
resulteren in sluiten of openen van de la-
mellen terwijl u dit niet wenst.
We verduidelijken dit even met een voor-
beeld: stel dat het buiten lichtjes vriest
(-1°C) maar de temperatuur in de stuur-
doos nog niet onder de 4°C is gezakt
(doordat de zon bvb op het profiel schijnt
waarin de stuurdoos zit), hierdoor gaan
de lamellen nog niet naar hun vorstposi-
tie draaien.
Mocht het in dit geval ook nog beginnen
sneeuwen, dan zal de regensensor dit als
regen aanzien en zullen de lamellen slui-
ten in plaats van openen.
Dit kan een probleem vormen in gebie-
den waar regelmatig sneeuwval voor-
komt. Enige oplossing om dit te vermij-
den is om de regensensor in de winter
uit te schakelen en de lamellen manueel
te bedienen.
De regensensor kan u enkel uitschakelen
door hem los te koppelen.
NL
39
Publicidad
