NL
Waarschuwing! Voordat u de accu in het gereedschap plaatst, moet u ervoor zorgen dat de schakelaar in de uit-stand staat - niet
ingedrukt.
Schuif de accu in de geleider van de contactdoos totdat hij op zijn plaats klikt. Controleer of de accu niet losraakt tijdens het
gebruik. Een goed gemonteerde accu kan niet anders verwijderd worden dan door de accuvergrendeling in deze stand te drukken
en vast te houden, en dan de accu uit de accuhouder van het gereedschap te schuiven.
De zaag starten
Verwijder de hoes van de kettinggeleider en de ketting.
Pak het handvat met de rechterhand vast.
Zorg ervoor dat de bovenklep neergelaten is.
Zorg ervoor dat de stang en de ketting niet in contact komen met een voorwerp of oppervlak.
Druk met uw duim op de schakelaarvergrendelknop op de handgreep en houd deze in deze positie (VII).
Druk op de schakelaar en houd hem in deze positie ingedrukt. De vergrendelknop kan worden losgelaten.
Voordat u het zagen start, wacht u tot de motor op volle toeren draait en zorgt u ervoor dat de ketting soepel loopt op het Als u
verdachte geluiden of trillingen hoort, schakelt u de zaag onmiddellijk uit
De kettingzaak wordt uitgeschakeld door de schakelaar los te laten.
Trek de stekker uit het stopcontact en onderhoud de zaag wanneer de ketting stopt.
Werken met de kettingzaag
Als u van plan bent om voor het eerst met een kettingzaag te werken, moet u advies inwinnen voordat u aan het werk gaat En het
eerste werk met de zaag zou moeten bestaan in het zagen van de voorbereide stammen die in de geit worden gelegd.
Tijdens het werk moeten elementaire veiligheidsregels in acht worden genomen. Er moet ook rekening worden gehouden met
de mogelijkheid van terugslag van de kettingzaag naar de bediener. De kettingzaag kan naar de gebruiker terug stuiteren als de
zaagketting weerstand ondervindt.
Om dit risico te minimaliseren is het noodzakelijk:
Aandacht te besteden aan de ligging van de top van de kettinggeleider tijdens het zagen. Zaag niet met het bovenste kwart van
de bovenkant van de kettinggeleider (VIII).
Zaag alleen met een ketting die over het onderste deel van de kettinggeleider schuift.
Plaats op het te verzagen hout, alleen een kettingzaag die al loopt. Start de kettingzaag niet op nadat u deze tegen
De kettingzaag niet op schouderhoogte of hoger tillen (IX) tijdens het werk.
Ga niet in het snijvlak staan. Dit zal het risico op letsel in geval van terugslag van de zaag verminderen (X).
Houd de kettingzaag altijd met beide handen vast tijdens het werken.
Zorg ervoor dat de ketting altijd geslepen en goed gespannen is.
TIPS VOOR HET WERKEN MET EEN KETTINGZAAG
Bij het zagen moet u een comfortabele houding aannemen en zorgen voor volledige bewegingsvrijheid.
Snijd bij het zagen van takken en twijgen niet aan de stam zelf, maar ongeveer 15 cm van de stam. Twee inkepingen op een
diepte gelijk aan 1/3 van de takdiameter op een afstand van ongeveer 8 cm van elkaar. Een inkeping van onderaf, een tweede
van bovenaf. Zaag vervolgens de tak vlak naast de stam tot een diepte van 1/3 van de takdiameter. Werk de snede af door de tak
van bovenaf af te snijden. Snij de tak niet van de bodem af (XI).
Als de zaag tijdens het zagen vast komt te zitten, laat ze dan nooit met draaiende motor in deze stand staan. Schakel de
zaagmotor uit, maak de zaag los van de stroomvoorziening en gebruik wiggen om de zaag uit de stam te verwijderen.
Bij het verdelen van een reeds in stukken gezaagde boom moeten de volgende regels in acht worden genomen. Plaats het hout
op een zaagbok of een standaard zodat het zaagstuk vrij op de grond kan vallen zonder dat de kettingzaag vastloopt. Als de
kettingzaag vastzit, ga dan te werk zoals hierboven is beschreven. Raak met de kettingzaag de grond niet en laat haar niet vuil
worden.
Blijf bij het werken op een helling boven het gezaagde hout.
Er moet bijzondere zorg worden besteed aan het doorsnijden van een opgespannen boom en indien mogelijk moet deze activiteit
worden toevertrouwd aan Bij het zagen van hout dat aan beide uiteinden wordt gespannen en ondersteund, zaagt u het van
bovenaf tot een diepte van 1/3 van de diameter en zaagt u het van onderaf.
Als het hout slechts aan één kant ondersteund wordt, zaagt u het hout vanaf de onderkant in tot een diepte gelijk aan 1/3 van de
diameter en voltooit u het zagen door vanaf de bovenkant in te zagen (XII).
Dit verkleint het risico dat de kettingzaag tijdens het zagen vastloopt.
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN HET PRODUCT
Let op! Haal de stekker uit het stopcontact voordat u met één van de hieronder beschreven activiteiten begint. Trek de stekker
van de met elektriciteit aangedreven kettingzagen uit het stopcontact, bij kettingzagen die zijn aangedreven door een accu, de
accu loskoppelen.
Na elk gebruik moet de toestand van de zaag worden gecontroleerd, met bijzondere aandacht voor de doorgankelijkheid van de
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
117