4.3 Transport met vloertransportmiddel
GEVAAR
Levensgevaarlijke inklemmingen bij het transporteren van de
componenten van de filterinstallatie!
Door onjuist tillen en transporteren kunnen de componenten van de
filterinstallatie kantelen en vallen!
Ga nooit onder zwevende lasten staan!
●
De componenten van de filterinstallatie moeten apart
●
getransporteerd en daarbij aan het vloertransportmiddel
bevestigd worden om gevaar voor kantelen te voorkomen.
Voor het transport van de componenten van de filterinstallatie zijn de volgende
vloertransportmiddelen toegelaten:
Rolpallets van het transportsysteem met transportvoertuig,
–
vorkliften en
–
− vorkhefwagens.
Aanwijzing
Voorkom dat de componenten van de filterinstallatie het hefframe van het
vloertransportmiddel aanraken.
Leg daarvoor eventueel afstandsblokken tussen het ventilator-, filter- en
●
aanzuigdeel en het hefframe.
Vermijd harde stoten bij het neerzetten van de componenten
●
van de filterinstallatie.
max. belasting van interne transportvoertuigen in acht nemen.
●
4.4 Opslag
De componenten van de filterinstallatie moeten in hun originele verpakking bij een
omgevingstemperatuur van 0°C tot +55°C op een droge en schone plaats
opgeslagen worden. De componenten van de filterinstallatie mogen niet door andere
voorwerpen belast worden.
Art.-nr.: 150 2627 (CAT 2.0)
Technische wijzigingen zonder voorafgaande aankondiging en op voorbehoud van fouten.
KEMPER CleanAirTower 2.0 Gebruiksaanwijzing - NL
- 134 -
Rev.: 00
Versie: 02/2017