Veiligheidsinstructies; Correcte Inrichting Van De Werkomgeving - Hilti PR 3 Manual De Instrucciones

PRA 2
Communicatiesoort
Communicatiebereik
Afmetingen (L x B x H)
Energievoorziening
PRA 84 Li‑ion accu-pack
Nominale spanning (normale modus)
Maximale spanning (in gebruik of bij het opladen tijdens
het gebruik)
Nominale stroom
Laadtijd
Bedrijfstemperatuur
Opslagtemperatuur (droog)
Laadtemperatuur (ook bij het opladen tijdens gebruik)
Gewicht
Afmetingen (L x B x H)
PRA 85 netvoeding
Netstroomvoeding
Netfrequentie
Nominaal vermogen
Nominale spanning
Bedrijfstemperatuur
Opslagtemperatuur (droog)
Gewicht
Afmetingen (L x B x H)

5 Veiligheidsinstructies

5.1 Essentiële veiligheidsnotities
Naast de technische veiligheidsinstructies in de af-
zonderlijke hoofdstukken van deze handleiding moe-
ten de volgende bepalingen altijd strikt worden opge-
volgd.
5.2 Algemene veiligheidsmaatregelen
a) Maak geen veiligheidsinrichtingen
klaar en verwijder
waarschuwingsopschriften.
b) Zorg ervoor dat kinderen niet in aanraking komen
met laserapparaten.
c) Wanneer het apparaat op een ondeskundige manier
wordt geopend kan er laserstraling ontstaan die ster-
ker is dan klasse 2 resp. 3. Laat het apparaat door
een Hilti-servicestation repareren.
d) Houd rekening met omgevingsinvloeden. Gebruik
het apparaat niet in een omgeving waar brand- of
explosiegevaar bestaat.
e) (Aanwijzing volgens FCC §15.21): Veranderingen of
modificaties die niet uitdrukkelijk door Hilti toege-
on-
geen instructie- en
Infrarood
Tot 30 m (110 ft)
88 mm x 50 mm x 28 mm (3.4" x 1.9" x 1.1")
2 AA‑batterijen
7,2 V
13 V
160 mAh
2h10min / +32 °C (90 °F) / Accu-pack 80% geladen
-20...+50 °C (+68...+122 °F)
-25...+60 °C (+77...+140 °F)
+0...+40 °C (+32...+104 °F)
0,3 kg (0,7 lbs)
160 mm x 45 mm x 36 mm (6.3" x 1.8" x 1.4")
115...230 V
47...63 Hz
36 W
12 V
+0...+40 °C (+32...+104 °F)
-25...+60 °C (+77...+140 °F)
0,23 kg (0.5 lbs)
110 mm x 50 mm x 32 mm (4.3" x 1.7" x 1.3")
staan zijn, kunnen het recht van de gebruiker beper-
ken om het apparaat in bedrijf te nemen.

5.3 Correcte inrichting van de werkomgeving

a) Zet het gebied waar u metingen verricht af en let
er bij het opstellen van het apparaat op dat de
straal niet op andere personen of op uzelf wordt
gericht.
b) Wanneer u op ladders werkt, neem dan geen
ongewone lichaamshouding aan. Zorg ervoor dat
u stevig staat en altijd in evenwicht bent.
c) Metingen door of op ruiten of andere objecten kunnen
het meetresultaat vertekenen.
d) Let er op dat het apparaat op een effen, stabiel
oppervlak wordt geplaatst (zonder trillingen!).
e) Gebruik het apparaat alleen binnen de gedefini-
eerde grenzen.
f) Bij het "laden tijdens het gebruik" het voedingsap-
paraat veilig plaatsen, bijvoorbeeld op een statief.
g) Gebruik apparaat,
reedschappen en
accessoires, inzetge-
dergelijke volgens deze
nl
83