5 Gebruiksklaar maken
5.1 Montage
Systeemingietspalken vastlijmen
Na het aanpassen van de verbindingselementen moeten vanwege de stabili
teit de ingietspalken in de systeemaansluitkast worden vastgelijmd:
1) Ontvet het verbindingsoppervlak met verdunner 634A1 of oplosmiddel.
2) Meng de speciale lijm 636W28 en de verharder.
3) Bestrijk de systeemaansluitkasten aan de binnenkant met het mengsel.
4) Plaats de ingietspalken (9) in het bovendeel van het scharnier (4).
5) Schroef vast met bolverzonken schroeven 501T7=7,5x9xM5 (8).
6) Laat minimaal 3-4 h uitharden. INFORMATIE: Na 16 h is de verbin
ding pas definitief uitgehard.
Voetbeugel monteren
1) Plaats het voetgedeelte met de voetbeugel (10) in het bovendeel van het
scharnier (4).
2) Smeer de splitbout (3) met speciaal smeermiddel 633F7 in en breng
deze aan.
3) Smeer de schroefdraad van de platkopschroef (2) in met Loctite® 241 en
schroef de splitbout (3) vast.
5.2 Aanpassen
Door de individuele combinatie van lagerkogel (5), aanslagpennen (6) en
veer (7) met de schroefdraadpennen (1) wordt het systeemenkelscharnier
aan de behoeften van de patiënt aangepast.
De volgende combinaties zijn mogelijk:
Combinatie
Inbouwposi
tie
anterior
Aanslagpen
Veer
Veeraanslag
Veer
Aanslagpen
Inbouwposi
tie
posterior
Aanslagpen
Aanslagpen
Veer
bijv. ICP of Spina bifida
bijv. bij duidelijke hyperextensie in het
kniegewricht
bijv. bij duidelijke hyperextensie in het
kniegewricht, maar met daarnaast een
instelbare, gedempte, dorsale aanslag
bijv. bij zwakte van de onderbeenspieren
Voetheffer, bijv. bij verlamming van de
peroneus wanneer het kniegewricht niet
Gebruik
Ottobock | 41