Parameters Installateur - Pentair STA-RITE CPS3-10 Serie Manual De Instrucciones

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 93

5.3.5 PARAMETERS INSTALLATEUR

OPMERKING
Druk op de STOP-toets voordat u de parameters wijzigt.
Volgorde van de toetsen om naar het menu installateur te gaan, laatste toets gedurende 10 seconden ingedrukt.
Tijdens het wijzigen van de parameters
is het symbool
op het display
verlicht
Met de MODE-toets worden de
verschillende parameters afgewisseld
BESCHR.
MENU
DISPLAY
TIP O
SCA
PARAMETERS
INSTALLATEUR
INF F
SUP F
ANP F
SUP S
INF S
OFF P
SPE T
Met de toetsen kunnen de waarden
worden gewijzigd
NAAM
BESCHRIJVING
PARAMETER
Geeft aan of de pomp deel uitmaakt van een groep of een enkele
pomp is, de mogelijke waarden zijn:
SING: enkele pomp
Type pomp
PRI: Hoofdpomp of master van een groep
SEC: secundaire pomp of slave van een groep
Als de pomp deel uitmaakt van een groep pompen (PRI, SEC),
geeft deze parameter de modus aan waarmee de wissel tussen de
pompen wordt uitgevoerd.
De mogelijke waarden zijn:
CH01: geeft aan dat de eerste pomp die wordt ingeschakeld bij
een volgende vraag om water de pomp zal zijn die bij de laatste
leveringscyclus als tweede of niet is gestart. In deze modus kan
de tweede pomp de eerste helpen (BOOSTER-modus).
CH02: geeft aan dat de eerste pomp die wordt ingeschakeld bij
een volgende vraag om water de pomp zal zijn die bij de laatste
leveringscyclus niet is gestart. In deze modus kan de tweede
pomp de eerste niet helpen.
Type wissel
CH03: geeft aan dat de eerste pomp die bij een volgende vraag
om water wordt ingeschakeld, de pomp is die minder heeft
gewerkt (zie parameter bedrijfsuren). In deze modus kan de
tweede pomp de eerste helpen (BOOSTER-modus).
CH04: geeft aan dat de eerste pomp die bij een volgende vraag
om water wordt ingeschakeld, de pomp is die minder heeft
gewerkt (zie parameter bedrijfsuren). In deze modus kan de
tweede pomp de eerste niet helpen.
CH05: in deze modus is de eerste pomp die wordt gestart de
pomp die als hoofdpomp is ingesteld bij de parameter 'type
pomp'. In deze modus kan de tweede pomp de eerste helpen,
maar is de cyclische functie niet mogelijk.
Deze parameter bepaalt de minimale rotatiefrequentie van de
Minimale frequentie
motor.
Maximale fre-
Deze parameter bepaalt de maximale rotatiefrequentie van de
quentie
motor.
Deze parameter bepaalt de snelheid waarmee de motor op de
Reactiviteitsfactor
drukveranderingen reageert. Hoe lager de ingestelde waarde, hoe
sneller de motor reageert.
Deze parameter bepaalt het schaaleinde van de sensor
Schaaleinde sensor
(uitgedrukt in bar).
Nulpunt sensor
Minimale waarde die door de sensor wordt gelezen (nul).
Deze parameter dient ervoor om een offset voor de
Offset sensor
druksensor in te stellen.
Tijdsinterval gedurende welke de druk stabiel moet blijven (+/- 0.1
Bar) met een toerental die lager is dan de gemiddelde uitschakel-
Uitschakeltijd
frequentie + 10% om de start van de uitschakelcyclus van de motor
te veroorzaken (seconden).
Druk op de SET-toets om de waarden
in het geheugen op te slaan. Het
symbool
verdwijnt, de melding
"REC" geeft enkele seconden aan dat
de waarde is opgeslagen
DEF
MIN
SING
N.O.
CH01
CH01
30
20
50
40
15
1
10
2
0,6
0
0
0
10
3
NL
MAX
N.O.
CH05
40
60
50
30
1
10,0
50
123

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido