•
Vermijd gebruik van de machine in nat
gras.
•
Zorg er altijd voor dat u stevig vast staat
op hellingen.
•
Stap altijd, loop nooit.
•
Maai dwars langs hellingen, nooit op en
neer.
•
Wees uiterst voorzichtig wanneer u op
een helling van richting verandert.
•
Maai zeer steile hellingen nooit
uitvoerig.
•
Wees zeer voorzichtig wanneer u de
machine achteruitrijdt of naar u toe trekt.
•
Stop het maaiblad/de maaibladen als de
machine voor transportdoeleinden moet
worden gekanteld om een oppervlak
over te steken dat geen gras is en
wanneer u de machine verplaatst van
en naar de plaats die moet worden
gemaaid.
•
Gebruik de machine nooit met
defecte beschermers of schilden of
zonder dat veiligheidsvoorzieningen,
zoals bijvoorbeeld, deflectoren en/of
grasopvangbakken zijn geïnstalleerd.
•
Schakel de motor voorzichtig in in
overeenstemming met de instructies en
houd uw voeten weg van het maaiblad/
de maaibladen.
•
Kantel de machine niet wanneer u de
motor inschakelt, behalve wanneer
de machine voor het starten moet
worden gekanteld. In dit geval kantelt
u de machine niet meer dan absoluut
noodzakelijk en heft u alleen het
onderdeel op dat zich weg van de
bediener bevindt.
•
Start de machine niet wanneer u voor de
uitlaatopening staat.
•
Plaats handen of voeten niet nabij of
onder ronddraaiende onderdelen. Houd
de uitlaatopeningen steeds vrij.
•
Transporteer de machine niet terwijl de
krachtbron loopt.
•
Leg de machine stil, verwijder
het ontkoppelmechanisme en het
NL
93
cramer.eu