11
12
4
5
2
10
13
16
14
15
9
7
1. Lasstroom/Boogspanning
Druk deze knop in om ingestelde lasstroom te tonen.
Draai de besturingsknop om lasstroom in te stellen.
Om de boogspanning te tonen, druk de knop ca. 3
seconden in. Om de lasstroom te tonen, druk opnieuw
"A" in.
2. Lasspanning
Het LED licht op wanneer er spanning op MMA
elektrode of TIG toorts staat.
3. Parametersymbolen
De LED licht op wanneer de relevante parameter actief
is.
4. Oververhitting
De LED brandt als de machine is gestopt vanwege
oververhitting.
5. Voedingsfout
De LED licht op wanneer de voedingsspanning te
hoog of te laag is.
3
6. Lasproces
Selectie van het MMA / TIG-lasproces.
1
7. Schakelfunctie
Kies 2-takt of 4-takt.
8. Stroominstelling
Selectie van de toortsregeling.
9. Ontstekingsmethoden
8
6
Keuze van HF of LIFTIG
10. Gasvoorstroom
De tijd waarin gas stroomt tot de boog ontsteekt.
11. Upslopetijd
Tijd vanaf de startstroom tot de lasstroom.
12. Downslopetijd
Tijd van de lasstroom tot aan de stopstroom.
13. Gasnastroom
De tijd waarin gas stroomt nadat de boog is gedoofd.
14. Puls
Toets geactiveerd = puls.
®
ontsteking.
QUICKGUIDE
FOCUS TIG 161 DC PFC
15. Puls instelling
Druk de menuknop in totdat de LED oplicht bij:
• Pulstijd: Lasstroom-periode
• Pauzetijd: Basisstroom-periode
• Basisstroom: % van de pulsstroom
16. Kiezen secundaire parameters
Openen voor parameters 10, 11, 12, 13 en 14.