NL
6. Montage
6.1 Algemeen
De in de handleiding genoemde producten
mogen alleen door gekwalificeerd vakperso-
neel ingebouwd, bediend, onderhouden en
gerepareerd worden. Gekwalificeerd vakper-
soneel zijn personen, die door de eigenaar
van het eindproduct, waarin het beschreven
product ingebouwd wordt, opgeleid, aange-
wezen en geïnstrueerd zijn.
Deze personen zijn op grond van hun oplei-
ding, ervaring en instructie vertrouwd met
de ter zake geldende normen, bepalingen,
ongevallenpreventievoorschriften en be-
drijfsomstandigheden. Ze hebben het recht
om de steeds noodzakelijke werkzaamheden
uit te voeren en herkennen en vermijden
daarbij mogelijkerwijs optredende gevaren.
22
Vóór de montage van het product moeten
het verpakkingsmateriaal en eventuele
transportbeveiligingen verwijderd worden.
Het verpakkingsmateriaal moet zo lang be-
waard worden tot eventuele onregelmatig-
heden opgelost zijn.
LET OP
Technische gegevens (hoofdstuk 4) in acht
nemen.
6.2 Opstelling en aanbouw
Het product moet beschermd tegen vocht en
trillingen en makkelijk toegankelijk gemon-
teerd worden, zodat alle verdere installaties
zonder problemen uitgevoerd kunnen wor-
den. De informatie over de maximaal toege-
stane omgevingstemperatuur kunt u vinden
in de technische gegevens.
Bij de montage en met name bij het bo-
ren moet absoluut op het volgende gelet
worden:
○ Andere aggregaten mogen niet bescha-
digd worden door de montage.
○ Het product mag niet in de actieradius
van beweegbare delen gemonteerd
worden.
○ Het product moet op voldoende grote
afstand van warmte- en koudebronnen
gemonteerd worden.
○ Veiligheidsafstanden en wetteijke monta-
ge- en ongevallenpreventievoorschriften
moeten nageleefd worden.
6. Montage