Welke batterijen en welke werkwijze?
Gebruik a.u.b. 4 nieuwe, long-life 1.5V, size AA batterijen.
Gebruik geen batterijen waarvan de uiterste verkoopdatum
is verstreken.
Verwijder batterijen als het instrument voor een langere tijd
niet gebruikt gaat worden.
Gebruik van oplaadbare batterijen
U kunt voor dit instrument ook oplaadbare batterijen gebruiken.
Gebruik a.u.b. alleen type «NiMH» oplaadbare batterijen!
De batterijen moeten worden verwijderd en opgeladen, als
het batterijsymbool (batterij leeg) verschijnt! Ze moeten
niet in het instrument blijven, omdat ze beschadigd kunnen
raken (volledige ontlading tengevolge van een minimaal
gebruik van het instrument, zelfs wanneer het uitstaat).
Verwijder altijd de oplaadbare batterijen, als u niet van plan
bent het instrument voor een week of langer te gebruiken!
De batterijen kunnen NIET worden opgeladen in de bloed-
druk monitor! Laad deze batterijen op in een externe
oplader en houdt u aan de informatie met betrekking tot het
opladen, onderhoud en duurzaamheid!
8. Foutmeldingen
Als er een foutmelding optreedt, wordt de meting onderbroken en
wordt een foutmelding, b.v. «ERR 3», weergegeven.
Fout
Beschrijving
Mogelijke oorzaak en oplossing
«ERR 1» Signaal te
De polssignalen op de manchet zijn te
zwak
zwak. Plaats de manchet opnieuw en
herhaal de meting.*
«ERR 2» Foutmelding Tijdens het meten zijn foutmeldingen door
de manchet geconstateerd, door bijvoor-
beeld een beweging of samentrekking van
een spier. Herhaal de meting terwijl u uw
arm stil houdt.
«ERR 3» Geen druk in
Een adequate druk kan niet in de manchet
de manchet
worden geproduceerd. Er kan een lek zijn
opgetreden. Controleer dat manchet en
pompkogel juist zijn bevestigd en dat de
manchet niet te losjes zitVervang de batte-
rijen indien nodig. Herhaal de meting.
36
Fout
Beschrijving
Mogelijke oorzaak en oplossing
«ERR 5» Abnormaal
De meetsignalen zijn onnauwkeurig en
resultaat
daarom kan geen resultaat worden weer-
gegeven. Lees de controlelijst door
voordat u betrouwbare metingen verricht
en herhaal dan de metingen.
«HI»
Polsslag of
De druk in de manchet is te hoog (boven
manchetdruk
300 mmHg) OF de polsslag is te hoog (bo-
te hoog
ven 200 slagen per minuut). Ontspan gedu-
rende 5 minuten en herhaal de meting.*
«LO»
Polsslag te
De polsslag is te laag (lager dan 40 slagen
laag
per minuut). Herhaal de meting.*
* Neem a.u.b. contact op met uw arts wanneer dit of enig ander
probleem vaker optreedt.
Als u denkt dat de resultaten ongebruikelijk zijn, leest u dan
a.u.b. zorgvuldig de informatie in «Paragraaf 1.».
9. Veiligheid, onderhoud, nauwkeurigheidstest en
verwijdering
Veiligheid en bescherming
• Dit instrument mag uitsluitend worden gebruikt voor het doel zoals
in dit boekje beschreven. De fabrikant kan niet aansprakelijk
worden gesteld voor schade veroorzaakt door onjuiste toepassing.
• Dit instrument bevat gevoelige componenten en moet met voor-
zichtigheid worden behandeld. Neem de bewaar- en bedie-
ningscondities beschreven in de «Technische specificaties»
paragraaf in acht!
• Bescherm het tegen:
− water en vochtigheid
− extreme temperaturen
− schokken en laten vallen
− vervuiling en stof
− direct zonlicht
− warmte en kou
• De manchetten zijn gevoelig en moeten met zorgvuldigheid
worden behandeld.
• Alleen de manchet oppompen wanneer hij is aangebracht.
• Gebruik het instrument niet dicht in de buurt van sterke elektro-
magnetische velden zoals mobiele telefoons of radioinstallaties.