Continental - ref. 124 03 1-124 05 01
2.4. Aansluiting op het rookkanaal
De schoorsteenaansluiting moet overeenkomen met de
geldende reglementaire teksten en regels van het vak.
-
H e t a p p a r a a t m o e t z o d i c h t m o g e l i j k b i j d e
schoorsteen geplaatst worden.
-
Het apparaat moet op het rookkanaal aangesloten
worden met erkende rookbuizen die bestend zijn
tegen verbrandingsproducten (bijvoorbeeld : roestvrij
staal, geëmailleerd plaatijzer...).
-
De diameter van de buizen mag niet kleiner zijn dan de
diameter van de uitlaatpijp van het apparaat.
-
Als dat wel het geval is moet de verloopkoppeling een
diameter hebben die net iets kleiner is dan de
diameter van de uitlaatpijp en zo ver mogelijk van de
verbinding op het apparaat geplaatst worden.
-
De aansluiting kan verticaal plaatsvinden op een
kanaal dat onder het plafond uitkomt of horizontal
plaatsvinden op een kanaal dat van de vloer vertrekt.
-
De inpassing van de verbindingspijp op de uitlaatpijp
van het apparaat en op het rookkanaal moet
afdichtend zijn.
-
Voor de woningen die uitgerust zijn met een
mekanische gekontroleerde ventilatie moet de
dichtheid de extracteur beletten van de roken uit de
leiding te zuigen.
-
De verbindingspijp en de eventuele trekregelaar
moeten zichtbaar en toegankelijk zijn en geveegd
kunnen worden.
2.5. Montage van de asla
De asla wordt eenvoudig tussen de twee voorpoten van
de kachel bevestigd (fig. 4).
2.6. Controles voor de installatie
Controleer de staat van de mastiekpakking ; controleer
of de deuren goed sluiten en of de ruit niet beschadigd
is ; controleer of de rookdoorgang niet door de
verpakking belemmerd wordt, of de demonteerbare
onderdelen op de juiste plaats zitten en of de inrichting
om assen te verwijderen goed werkt.
Noteren : als het om een streng in keramische koord, is
het geschikt voor consumptie en dus gebracht om door
de gebruiker veranderd te worden
2.7. Installatieplaats
Controleer of in het vertrek waar het toestel wordt
g e p l a a t s t ,
g e n o e g
aangezogen ; installeer zo nodig een luchtkoker voor
buitenlucht.
2.8. Sluitdruk van de deur
Figuur 5
De sluitgrendel draait op een excentriek vastgelegd
door een drukschroef.
-
De drukschroef losdraaien 1,
-
De excentriek in de gewenste stand richten 2,
-
De drukschroef opnieuw vastdraaien 1.
6
l u c h t
k a n
w o r d e n
Figuur 4 - Montage van de asbak
1
1 - Drukschroef
Figuur 5 - Sluitdruk van de deur
2.9. Schoorsteen
Controleer of de schoorsteen in goede staat is en of het
rookkanaal voldoende trekt.
(optimale druk 1,5 mmWK).
De schoorsteen moet minimum 4 op 5 meter hoog zijn.
Het rookkanaal moet luchtdicht zijn.
D e s c h o o r s t e e n m a g s l e c h t s o p é é n t o e s t e l
aangesloten worden.
Indien de schoorsteen rook terugslaat, moet er een
rookkap op geplaatst worden of moet ze verhoogd
worden.
Het rookkanaal moet een normale en constante
doorsnede hebben, bv. 4 dm
De schoorsteen moet voldoende thermisch geisoleerd
z i j n o m d e t h e r m i s c h e t r e k t e b e v o r d e r e n e n
condensatie te voorkomen.
2.10. Aansluiting op het rookkanaal
Het toestel moet zo dicht mogelijk bij de schoorsteen
staan. De verbindingspijp moet stevig op de kachelpijp
zitten. Ze moet op de muur van de schoorsteen met een
flens worden bevestigd. Het schuin afgesneden
uiteinde moet naar onderen gericht zijn om het
opvangen van roet te voorkomen.
Na de installatie van het toestel moet de trek van de
schoorsteen gecontroleerd worden. Wanneer het
toestel werkt en de schoorsteen warm is, moet de druk
een minimumwaarde hebben van :
- 1 mmWK bij normaal bedrijf
- 1,5 mmWK om het maximumbedrijf te bereiken.
Een trekregelaar dient geplaatst te worden, wanneer de
drukwaarden groter dan 2 mmWK zijn.
Instructies voor de installateur
2
2 - Excentriek
2
.
Gebruiksaanwijzing "286"