zoals gespecifi ceerd in Afbeelding 1. Bepaal de vereiste valspeling (F) met behulp van de volgende berekeningen:
DBI-SALA schokabsorberende vallijnen: Afbeelding 4 berekent de valspelingsvereisten (F) voor één gebruiker (tabel
4.1) en twee gebruikers (tabel 4.2). (Voorbeeld: Twee gebruikers kiezen om het systeem op schokabsorberende vallijnen
aan te sluiten. Als de overspanningslengte tussen eindverankeringen (E) 12,2 m is, gebruik dan tabel 4.3 voor het
opzoeken van de letter die overeenkomt met die lengte, in dit geval "D." Als de vallijnlengte (G) 1,5 m is, gebruik dan
tabel 4.4 voor het opzoeken van de letter die overeenkomt met die lengte, in dit geval "Y." Met behulp van tabel 4.2 en
letters "D" en "Y" zoekt u het nummer waar de twee letters samenkomen, in dit geval 6,7 m. De valspeling is 6,7 m voor
twee gebruikers aangesloten op het systeem.)
DBI-SALA automatisch teruglopende reddingslijn: Afbeelding 5 berekent de valspelingsvereisten (F) voor één
gebruiker (tabel 5.1) en twee gebruikers (tabel 5.2). (Voorbeeld: Eén gebruiker kiest om op het systeem aan te sluiten
met een automatisch teruglopende reddingslijn. Als de overspanningslengte tussen eindverankeringen (E) 6,1 m is,
gebruik dan tabel 5.3 voor het opzoeken van de letter die overeenkomt met die lengte, in dit geval "B." Om de valspeling
(F) voor één gebruiker te bepalen zie tabel 5,1 en kijk bij het nummer naast "B" in dit geval 2,4 m. De valspeling is 2,4
m voor één gebruiker aangesloten op het systeem.)
Stap 3. Druk op de knop (J) aan de bovenzijde van de behuizingsunit en houd deze ingdrukt om de reddingslijn (B) uit
te rollen. Zie Afbeelding 6.1. Trek de reddingslijn (B) uit tot de vereiste lengte is verkregen. Overtuig u ervan dat de
krukslinger in de rustpositie (K) is. Wanneer de knop (J) wordt losgelaten, springt deze terug en de reddingslijn wordt in
positie vergrendeld. Als de reddingslijn niet vergrendelt, gebruik deze dan niet. De unit moet dan worden geretourneerd
aan een geautoriseerde dealer voor service.
Stap 4. Zie instructies van de fabrikant, zoals geleverd met de verankersaansluitingen, voor installatievereisten.
Installeer de horizontale reddingslijn (B) door deze te bevestigen aan de verankeringsaansluitingen (E) met behulp van de
meegeleverde karabijnhaken (C). Zie Afbeelding 6.2.
Stap 5. Sluit de krukslinger (L) aan op de bovenste uitgang (M) en verwijder excessieve speling door met de klok mee
te draaien (N). Zie Afbeelding 6.2. De reddingslijn moet worden gespannen tot een "klik" (O) en een lichte rotatie van de
krukarm ten opzichte van de krukbehuizing optreden. Wanneer de krukslinger wordt losgelaten, keert deze terug naar zijn
oorspronkelijke positie in lijn met de krukbehuizing.
Stap 6. Plaats de krukslinger in zijn rustpositie (K) wanneer de HLL in gebruik is. Zie Afbeelding 6.3.
WAARSCHUWING:
De slinger moet in de rustpositie zijn. Als de hendel in de uitgangspositie is geplaatst kan deze
er de oorzaak van zijn dat de rem niet goed werkt, hetgeen kan resulteren in ernstige verwondingen of de dood van de
gebruiker(s).
Stap 7. Als speling nodig is voor het maken van een instelling van het systeem, of voor het vergemakkelijken van het
verwijderen van het systeem, verbind dan de krukslinger met de bovenste uitgang (M) en draai ongeveer 20° met de klok
mee (N), druk tegelijkertijd de bovenste knop in (J) en laat de krukslinger tegen de klok in draaien (P). Zie Afbeelding 6.4
Stap 8: Volg de instructies van de fabrikant voor het aansluiten van de PFAS aan de HLL. Het aansluitende subsysteem
tussen de harnasgordel en horizontale reddingslijn moet bevestigd worden aan de D-ring aan de rugzijde van de
harnasgordel.
Stap 9: Trek na gebruik de reddingslijn terug in de behuizing door de krukslinger aan te sluiten aan de onderste uitgang
(Q) en tegen de klok in (R) te draaien. Verzeker u er van er zijn geen knopen of knikken in de reddingslijn zitten wanneer u
deze terugtrekt. Zie afbeelding 6.5.
GEVAREN VOOR DE OMGEVING: Gebruik van deze apparatuur in gebieden met gevaren voor de omgeving kunnen additionele
voorzorgsmaatregelen vereisen om de mogelijkheid van verwondingen voor de gebruiker of beschadiging aan de apparatuur
te reduceren. Gevaren kunnen het volgende bevatten, maar zijn niet hiertoe beperkt: grote warmte, extreme koude, bijtende
chemicaliën, corrosieve omgevingen, hoogspanningsleidingen, explosieve of giftige gassen, bewegende machine-installaties,
of scherpe randen. Neem geen onnodige risico's, zoals springen of te ver rijken vanaf de rand van het werkoppervlak. Zorg dat
er geen aansluitend subsysteem onder de armen of tussen te voeten doorloopt. Om ontoereikende speling te voorkomen, niet
boven de HLL klimmen. Om zwaaiende valgevaren te voorkomen, niet te ver van beide zijden van de HLL werken. Neem contact
op met Capital Safety indien u vragen heeft over het gebruik van deze apparatuur waar fysieke gevaren of gevaren voor de
omgeving bestaan.
ONDERHOUD: Reinig de buitenkant van de unit periodiek met een zachte zeepoplossing en water. Positineer de unit zo dat
excessief water wordt afgevoerd. Reinig de labels als vereist. Na reiniging droogvegen met een schone, droge doek. Reinig de
reddingslijn met een zachte zeepoplossing en water. Spoelen en grondig drogen aan de lucht. Niet met hete lucht of warmte
drogen. Een excessieve opbouw van vuil, verf, etc., kan voorkomen dat de reddingslijn volledig terugloopt. Vervangen van
de reddingslijn en extra onderhoud en serviceprocedures moeten worden uitgevoerd door een geautoriseerd servicecentrum.
Autorisatie en een retournummer moeten worden uitgegeven door Capital Safety. De delen mogen niet gesmeerd worden.
Demonteer de unit niet. Reinig en sla de licaamsondersteuning en bijbehorende systeemonderdelen op volgens de instructies
van de fabrikant. Sla de unit op in een koele, droge, schone omgeving, buiten direct zonlicht. Vermijd gebieden waar
chemische dampen aanwezig kunnen zijn. Inspecteer de unit na langdurige opslag. Onderhoud, service en sla elk deel van de
gebruikersapparatuur op volgens de instructies van de fabrikant.
WAARSCHUWING:
Als de reddingslijn in aanraking komt met zuren, stel de unit dan buiten dienst en was deze met een
zachte zeepoplossing en water. Inspecteer de unit voordat u deze weer in dienst neemt.
24