(1) naar boven te draaien; op deze manier kunnen ze ook worden uitgenomen Tussen de anti- tipbuizen en de grond
moet 3 tot 5 cm ruimte blijven. U moet de anti-tipbuizen naar boven draaien wanneer u grote hindernissen neemt
(zoals een stoeprand), anders raken ze de grond.
Krukhouder
Hiermee kunt u krukken meenemen op een rolstoel. De houder heeft een velcrolus (1) om de krukken of andere
hulpmiddelen mee vast te maken. LET OP: Probeer de krukken of andere hulpmiddelen nooit te gebruiken of zelfs
maar eruit te halen terwijl u aan het rijden bent. Fig. 24
werkblad
Het werkblad bezorgt u een effen oppervlak voor de meeste activiteiten. Alvorens u een blad gebruikt. moet een
erkende dealer dat aanpassen aan de breedte van de zitting. Tijdens de proefrit moet u in de rolstoel zitten. Fig.25
BANDEN EN MONTAGE
Zorg er altijd voor dat de druk van de banden correct blijft want dat is nodig om de rolstoel goed te laten presteren.
Als er niet genoeg druk op de banden staat, zal de rolweerstand toenemen waardoor u een grotere inspanning moet
leveren om de rolstoel voort te bewegen; bovendien maakt een lage bandendruk de rolstoel minder wendbaar. Als de
bandendruk te groot is, kan de band springen. De juiste druk voor een bepaalde band staat vermeld op het oppervlak
van de band zelf. De banden zijn op dezelfde manier op de velg aan te brengen als gewone fietsbanden. Alvorens
u een nieuwe binnenband oplegt, moet u altijd controleren of er zich geen vreemde voorwerpen bevinden op de
basis van de velg en de binnenzijde van de band. Controleer de druk nadat u een band opgelegd of hersteld hebt.
Het is voor uw veiligheid en voor de goede werking van uw rolstoel van erg groot belang dat de voorgeschreven
luchtdruk altijd gehandhaafd blijft en dat de banden in orde zijn.
MOGELIjKE PROBLEMEN
Rolstoel trekt naar één kant: Controleer bandendruk / Controleer of het wiel vlot draait (lagers as) / Controleer of
beide voorwielen de grond goed raken.
Rolstoel/kruisframe klikt niet op haar plaats in het zittingzadel: Rolstoel is nog nieuw, d.w.z. dat de zitting of de
rugbekleding nog heel stijf, is. Dat wordt beter naarmate de stoel meer gebruikt wordt
Rolstoel piept en rammelt: Controleer of alle bouten vast zitten; draai ze indien nodig vast (zie de pagina over de
koppelsleutel) / Breng een beetje smeerolie aan op plaatsen waar beweegbare delen met elkaar in contact komen.
Voorwielen beginnen te wiebelen:Controleer of alle bouten vast zitten; draai ze indien nodig vast (Zie de pagina
over de koppelsleutel) / Controleer of beide voorwielen de grond goed raken.
Het is moeilijk om de rolstoel op te vouwen: schroeven van de framegeleider oeten vast gedraaid zijn.
Rolstoel begint te wiebelen: Controleer bandendruk.Controleer of achterwielen verschillend ingesteld zijn.
ONDERHOUD
• Controleer de bandendruk om de 4 weken.
• Controleer alle banden op slijtage of beschadiging. Controleer de remmen ongeveer om de 4 weken om na te
gaan of ze nog goed werken en makkelijk te bedienen zijn.
• Verander de banden zoals u dat bij een gewone fiets zou doen. Alle verbindingen die van essentieel belang
zijn voor het veilige gebruik van uw rolstoel zijn zelfvergrendelend. Controleer om de 3 maanden of alle bouten
stevig vast zitten (zie de pagina over de koppelsleutel). U mag veiligheidsmoeren maar één keer monteren en
u moet ze vervangen na een bepaalde gebruiksperiode.
• Gebruik alleen zachte schoonmaakproducten om uw rolstoel schoon te maken. U mag de bekleding van de
zitting alleen met water en zeep schoonmaken.
• Als uw rolstoel nat wordt, moet u hem na gebruik afdrogen.
• Om de 8 weken ongeveer moet u een klein beetje naaimachine-olie op de quick-release-assen aanbrengen.
• Afhankelijk van hoe frequent u uw rolstoel gebruikt, raden we aan dat u om de 6 maanden met uw rolstoel naar
uw dealer gaat waar gespecialiseerd personeel hem kan nakijken.
LET OP: Zand en zeewater (of zout in de winter) kan de rollagers van de voor- en achterwielen beschadigen. Maak
de rolstoel grondig schoon nadat die aan zand en zeewater is blootgesteld.
48