NL
Kennismaking met het apparaat
A.u.b. vóór het lezen de laatste bladzijden
met afbeeldingen openvouwen.
Deze gebruiksaanwijzing is op meer dan
één type van toepassing. Afwijkingen in de
afbeeldingen zijn hierdoor niet uitgesloten.
Overzicht
1
Afb.
1–9
Bedieningspaneel
10
Multiflow system
(koudeluchtverdeler)
11
Binnenverlichting
12
Legrooster/plateau
* 14
Flessenrek
15
Groente- en fruitladen
16
Vak voor blikjes en tubes
18
Vak voor kleine flessen
19
Eierrekje
20
Vak voor grote flessen, pakken
melk etc.
21
Vriestableau
22/23 Diepvriesladen
24
„Chiller"-vak
A
Koelruimte
B
Diepvriesruimte
* niet bij alle modellen
68
Door het volautomatische No-Frost-
systeem vormt zich geen ijs in de koel-
en diepvriesruimte. Ontdooien van het
apparaat is niet meer nodig.
Functie:
De diepvrieswaren worden door gekoelde
lucht ingevroren!
Een verdamper die zich in het No-Frost-
systeem bevindt, koelt de lucht in het
apparaat af. De koude lucht wordt d.m.v.
een ventilator rondgeblazen. Een tweede
ventilator zorgt voor de luchtcirculatie in de
koelruimte. De vochtigheid in de lucht zet
zich af op de verdamper. Indien nodig wordt
de verdamper volautomatisch ontdooid.
Het dooiwater wordt naar de koelmachine
geleid waar het verdampt. In de diepvries-
ruimte en op de levensmiddelen zet zich
geen ijs af.
Kennismaking met het apparaat
Bedieningspaneel
(kort overzicht)
2
Afb.
1
-toets
hoofdschakelaar aan/uit
2 "alarm"
toets ("alarm-uit"-toets)
a) voor het uitschakelen van het
waarschuwingssignaal
b) voor het weergeven van de hoogste
temperatuur die in het vriesvak heeft
geheerst (alleen wanneer indicatie 9
knippert).
3 Super-toets
voor max. vriesvermogen.
4 Freezer-toets
Om de ingestelde temperatuur in de
diepvriesruimte aan te geven.
5 Cooler-toets
Om de ingestelde temperatuur in de
koelruimte aan te geven.
6 Insteltoets vriesruimte- en
koelruimtetemperatuur
0
C = kouder, warmer
7 Indicatie "alarm"
brandt alleen wanneer de alarmfunctie
wordt geactiveerd
8 Indicatie "super"
Brandt alleen wanneer de "super"-toets
wordt ingedrukt.
9 Indicatie van
a) "warmste temperatuur"
b) Indicatie "AL" (Alarm)
c) insteltemperatuur voor
de koelruimte
d) insteltemperatuur voor
de diepvriesruimte
NL
Functie van de schakel-
en controle-elementen
2
Afb.
1
-toets
Hoofdschakelaar, om het hele apparaat in
en uit te schakelen.
2 "alarm"
-toets
Dient voor het uitschakelen van het
waarschuwingssignaal.
Het waarschuwingssignaal wordt
geactiveerd wanneer het te warm is in de
vriesruimte en de diepvriesproducten
gevaar lopen (tegelijkertijd knippert
indicatie 9).
Ook als de diepvriesproducten geen
gevaar lopen, kan het
waarschuwingssignaal klinken
- bij ingebruikneming van het apparaat
- bij het toevoegen van verse
levensmiddelen zonder inschakeling van
de supervriesstand
- en als de vriesruimtedeur te lang open
staat.
Na uitschakeling van het
waarschuwingssignaal wordt de
"akoestische waarschuwing" automatisch
weer operationeel zodra de vriesruimte
weer op bedrijfstemperatuur is.
3 "Super"-toets
Om het supervriessysteem in en uit te
schakelen.
De indicaties 8 "Super" en 9 "SU" geven
aan dat het supervriessysteem is
ingeschakeld. Het supervriessysteem
dient voor het invriezen van grote
hoeveelheden verse levensmiddelen en
moet tot 24 uur vóór het inladen van de
verse levensmiddelen worden
ingeschakeld.
De vriesmachine werkt na inschakeling
continu, de vriesruimte bereikt een zeer
lage temperatuur.
69