Druk op het bovenste gedeelte van de schakelaar om de
lamp aan te zetten, en op het onderste gedeelte om de
lamp uit te doen.
Beweeg de lamp om de gewenste plek te verlichten.
OPMERKING:
• Gebruik een droge doek om vuil op de lens van de
lamp eraf te vegen. Pas op dat u geen krassen maakt
op de lens, omdat de verlichtingssterkte hierdoor zal
verminderen.
Werking van de laserstraal (Fig. 20 en 21)
Voor de modellen LS0714FL, LS0714L
LET OP:
• Kijk nooit in de laserstraal. Een directe laserstraal kan
oogletsel veroorzaken.
• LASERSTRALING. KIJK NIET IN DE LASERSTRAAL
EN GEBRUIK GEEN OPTISCHE INSTRUMENTEN
OM
ER
RECHTSTREEKS
LASERPRODUCT VAN KLASSE 2M.
Om de laser in te schakelen, drukt u op de bovenkant (I)
van de schakelaar. Druk op de onderkant (O) om de
laser uit te schakelen.
U kunt de laserlijn verplaatsen naar de linker- of
rechterzijde van het zaagblad door de stelschroef als
volgt in te stellen.
1.
Draai de stelschroef naar links los.
2.
Schuif de losgedraaide stelschroef zo ver mogelijk
naar links of rechts.
3.
Draai de stelschroef stevig vast bij de positie waar
deze niet verder kan worden verschoven.
De laserlijn is in de fabriek zodanig ingesteld dat deze
zich binnen 1 mm vanaf het zijvlak van het zaagblad
(zaagpositie) bevindt.
OPMERKING:
• Wanneer de laserlijn duister is en moeilijk of helemaal
niet zichtbaar is vanwege direct zonlicht in de werkplek
binnenshuis of buitenshuis, dient u een andere
werkplek die niet blootstaat aan direct zonlicht te
kiezen.
Afstellen van de laserlijn (Fig. 22)
U kunt de laserlijn verplaatsen naar de linker- of
rechterzijde van het zaagblad, afhankelijk van de
zaagbewerking. Voor het verplaatsen van de laserlijn, zie
de uitleg onder "Werking van de laserstraal".
OPMERKING:
• Plaats een houten hulpstuk tegen de geleider wanneer
u de zaaglijn instelt met de laserlijn aan de zijkant van
de geleider voor gecombineerd zagen (45° schuine
hoek en 45° rechtse verstekhoek).
A) Wanneer u de juiste afmeting krijgt aan de linkerzijde
van het werkstuk
• Verplaats de laserlijn naar de linkerzijde van het
zaagblad.
B) Wanneer u de juiste afmeting krijgt aan de
rechterzijde van het werkstuk
• Verplaats de laserlijn naar de rechterzijde van het
zaagblad.
Doe de zaaglijn op het werkstuk overeenkomen met de
laserlijn.
NAAR
TE
KIJKEN.
INEENZETTEN
WAARSCHUWING:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens enig
werk aan het gereedschap uit te voeren.
Opbergen van de zeskant-inbussleutel (Fig. 23)
De
zeskant-inbussleutel
afgebeeld.
Trek
de
sleutelhouder om hem te gebruiken. Berg hem na het
gebruik weer op in de sleutelhouder.
Installeren of verwijderen van het zaagblad
WAARSCHUWING:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens het
zaagblad te installeren of te verwijderen.
LET OP:
• Gebruik voor het installeren of verwijderen van het
zaagblad uitsluitend de bijgeleverde Makita dopsleutel.
Doet u dit niet, dan kan de zeskante bout te vast of te
los worden aangedraaid. Dit kan leiden tot persoonlijke
verwonding.
Druk de aanslagpen in om het handvat in de
omhoogpositie te vergrendelen. (Fig. 24)
Het zaagblad verwijderen
Om het zaagblad te verwijderen, gebruik de zeskant-
inbussleutel om de zeskant-inbusbout, die de middenkap
op haar plaats houdt, naar links los te draaien. Breng de
beschermkap en de middenkap omhoog. (Fig. 25)
Druk de asblokkering in om de as te vergrendelen en
draai met de zeskant-inbussleutel de zeskant-inbusbout
naar rechts los. Verwijder vervolgens de zeskante bout,
de buitenflens en het zaagblad. (Fig. 26)
Het zaagblad aanbrengen
Om het zaagblad te installeren, monteert u het zaagblad
zorgvuldig op de as, ervoor zorgend dat de pijltjes op het
zaagblad en op de zaagbladkast in dezelfde richting
wijzen. Monteer de buitenflens en de zeskant-inbusbout,
en draai met de zeskant-inbussleutel de zeskant-
inbusbout (linkse schroefdraad) stevig naar links vast
terwijl u daarbij de asblokkering ingedrukt houdt. (Fig. 27
en 28)
Voor gereedschap met een binnenflens voor een
zaagblad met een middengatdiameter van 15,88 mm
Afhankelijk van het land
Breng de binnenflens op de montageas aan met zijn
verzonken zijde naar buiten gericht, en breng daarna het
zaagblad (zo nodig met de ring bevestigd), de
buitenflens en de inbusbout aan.
Voor gereedschap zonder de ring (Fig. 29)
Voor gereedschap met de ring (Fig. 30)
WAARSCHUWING:
• Als de ring nodig is om het zaagblad op de
montageas aan te kunnen brengen, zorgt u er altijd
voor dat de correcte ring voor het middengat van
het te gebruiken zaagblad wordt aangebracht
tussen de binnenflens en de buitenflens. Het
gebruik van een verkeerde asgatring kan resulteren in
een gebrekkige montage van het zaagblad, waardoor
dit gaat bewegen en sterk trillen met als gevolg dat u
de controle over het gereedschap kunt verliezen en
ernstig persoonlijk letsel kan worden veroorzaakt.
wordt
opgeborgen
zeskant-inbussleutel
uit
zoals
de
77