Geldigheid
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor:
• de 15° -wissels 14954 en 14955
• de 15° -wissels met gepolariseerd hartstuk 14938 en
14939
• de 24/30° -wissels 14951 en 14953
• de meegebogen wissels 14947, 14948, 14956, 14957,14981
en 14983
De bovenstaande wissels worden als handwissel geleverd.
Dit betekent dat ze handmatig bedient kunnen worden. Om
de stand van het wissel te veranderen verschuift u het rode
hendeltje aan de zijkant van het wissel. Hierdoor verandert
de desbetreffende stand van het wissel. De wissels hebben
als handwissel geen elektrische aansluiting nodig, aange-
zien ze de rijstroom van de aangesloten rails overnemen.
Wisselaandrijving 14934 en 14935
De wissels kunnen met een elektromagnetische aandrijving
14934 of 14935 uitgebreid worden.
8
Stopwissel
de wissels kunnen als stopwissels ingezet worden. Dit
betekent dat alleen dan de rijstroom naar het aangesloten
spoor wordt doorgegeven, als het wissel in die stand staat.
Hierdoor kan bijv. voorkomen worden dat een op het ver-
keerde spoor aankomende trein, het wissel "open" rijdt en
eventueel ontspoort. Bedenk wel dat bijv. een uitwijkspoor
op twee plaatsen aangesloten is op het hoofdspoor en
zodoende van beide zijden van rijspanning wordt voorzien
en daarom, aan beide zijden, een in de juiste stand gesteld
stopwissel nodig heeft. Om van deze functionaliteit gebruik
te kunnen maken, moet met een pincet de beide contact-
beugels uit het wissel genomen worden (afb. 2).
Let er op dat bij bovenleidingsbedrijf de rijstroom in de
bovenleiding niet door de wissel beïnvloed kan worden.