GRAPHITE 58G116 Manual Del Usuario página 109

KOPPELINSTELLING
● Voor verschillende schroeven en verschillende materialen worden verschillende koppelwaarden
gebruikt.
●
Het koppel wordt groter hoe groter de waarde die overeenkomt met deze stand (
●
Stel de ring (2) in op een vooraf bepaalde koppelwaarde.
●
Begin altijd met de kleine koppelwaarde.
●
Vergroot het koppel geleidelijk tot het bereiken van een bevredigend resultaat.
●
Bij het verwijderen van de schroeven, kies de hogere waarden.
●
Voor het boren kies de instelling gemarkeerd met de boor. Met deze instelling wordt de hoogste
koppelwaarde bereikt.
●
Naarmate het langer gebruik, krijgt u een ervaring om een juiste instelling te selecteren.
Het instellen van de instellingsring van het koppel in boorpositie schakelt meteen de
overbelastingkoppeling uit.
MONTAGE VAN HET GEREEDSCHAP
● Stel de draairichting (3) in de middelste stand.
●
Houd de achterste ring van handgreep
gewenste opening van de kaken verkregen voor het inzetten van de boor of een tip (fig. E).
●
Om een gereedscgasp te monteren, moet de achterste ring van de handgreep
voorste ring gedraaid met de klok en vastzetten.
Demontage van het gereedschap gebeurt in omgekeerde volgoorde.
Bij inzetten van de boor of tip in de houder moet aandacht worden besteed aan de juiste positionering
van het gereedschap. Gebruikt aanvullend magneethouder als extensie bij het gebruik van een
korte bits.
DRAAIRICHTING RECHTS - LINKS
Met de toerentalschakelaar (3) wordt de draairichting van de spindel (fig. F) gekozen.
Rechtsom - zet de schakelaar (3) in de uitrest linkse positie.
Linksom - zet de schakelaar (3) in de uiterst rechtse positie.
* Let op! In sommige gevallen kan de schakelaarpositie ten opzichte van de rotatie anders zijn dan hierin beschreven.
Raadpleeg de grafische tekens op de schakelaar of het apparaat.
De veilige positie is de middelste stand van de draaischakelaar (3) om de onbedoelde bediening van het
gereedschap te voorkomen.
●
In deze stand kunt u het apparaat niet inschakelen.
●
In deze stand worden de boren of bits omgewisseld.
●
Controleer vóór de inbedrijfstelling of de richtingschakelaar
Wijzig de draairichting niet tijdens rotatie van de boorkop van het apparaat.
WIJZIGING VAN VERSNELLING
Met versnellingsschakelaar (7) (fig. G) kunt u de snelheid verhogen.
e
1 versnelling: laag toerental, een grote kracht van het koppel.
de
2 versnelling: groot toerental, een kleinere kracht van het koppel.
Afhankelijk van de te verrichten werkzaamheden, doient de versnellingsschakelaar in de juiste positie
worden gezet. Als de schakelaar niet kan worden verplaatst moet de boorkop iets worden gedraait.
Verander nooit de versnellingen tijdens het gebruik. Dit kan schade aan het elektrisch gereedschap
veroorzaken.
Het langdurig boren bij lage snelheid kan oververhitting van de motor veroorzaken. Neem
regelmatig pauzes bij het werk of laat het apparaat voor ca. 3 minuten werken op de maximale
toeren zonder belasting.
(1) en rechtdraaiend vav de voorste ring tegen de klok wordt de
(3) in de juiste positie staat.
109
fig. D).
(1) worden gehouden,de