WAARSCHUWING
Wanneer het startkoord zich snel terugtrekt (terugslag), worden uw hand en arm sneller
naar de motor getrokken dan u kunt loslaten. Gebroken botten, kneuzingen of
verstuikingen kunnen het resultaat zijn. Trek bij het starten van de motor het startkoord
langzaam uit tot er weerstand gevoeld wordt en trek dan snel om terugslag te voorkomen.
8.
Elektrisch starten, indien voorzien van veiligheidssleutel (F): Duw de
veiligheidssleutel in (F, Afbeelding 7). Druk de startschakelaar (G) kort in. Zodra de
motor start, laat u de schakelaar los.
9.
Elektrisch starten, indien voorzien van een autostartsleutel (H): Draai de
startsleutel (H, Afbeelding 8) naar de startpositie. Zodra de motor start, laat u de
startschakelaar los.
OPGEPAST
Start altijd kort (maximaal vijf seconden) om de levensduur van de
startmotor te verlengen. Wacht een minuut tussen startcycli.
10.
Zet de chokeregeling (B, Afbeelding 7) in de draaistand terwijl de motor opwarmt.
Opmerking: Indien de motor na herhaalde pogingen niet start, ga dan naar
BRIGGSandSTRATTON.com of bel uw dealer of bel 1-800-233-3723 (in de VS).
De motor stoppen
WAARSCHUWING
Brandstof en brandstofdampen zijn uiterst brandbaar en explosief.
Brand of explosie kunnen ernstige brandwonden of de dood veroorzaken.
•
De carburateur niet choken om de motor te stoppen.
1.
Gashendel, indien aanwezig: Zet de gashendel (C, Afbeelding 7) in de stand
langzaam (slow) en daarna in de stand stop.
Stopschakelaar (indien aanwezig): Zet de stopschakelaar (D, Afbeelding 7) in de
stop-stand.
Veiligheidssleutel, indien aanwezig: Haal de veiligheidssleutel (F, Afbeelding 7)
eruit en bewaar deze buiten bereik van kinderen.
Contactschakelaar (waar aanwezig): Draai de startsleutel (H, Afbeelding 8) naar
de uit-stand. Verwijder de sleutel en bewaar deze buiten bereik van kinderen.
2.
Als de motor stopt, zet de brandstofkraan (A, Afbeelding 7) (waar aanwezig) in de
stand 'dicht' (closed).
Onderhoud
OPGEPAST
Als de motor tijdens het onderhoud wordt gekanteld, moet de
brandstoftank leeg zijn en moet de bougiekant omhoog wijzen. Als de benzinetank niet
leeg is of als de motor een andere kant op wordt gekanteld, kan starten lastig worden
omdat het luchtfilter en/of de bougie dan vervuild kan zijn door olie of benzine.
WAARSCHUWING
Wanneer er onderhoud wordt uitgevoerd waarvoor de unit gekanteld moet worden, dient
de brandstoftank leeg te zijn, anders kan er brandstof uitlekken, wat kan leiden tot brand
en explosie.
Wij adviseren dat u voor al het onderhoud en alle service aan de motor en de
motoronderdelen een geautoriseerde Briggs & Stratton-dealer raadpleegt.
OPGEPAST
Alle componenten die zijn gebruikt om deze motor te bouwen moeten
op hun plaats blijven voor een juiste werking.
WAARSCHUWING
Onbedoelde vonkvorming kan resulteren in brand of een elektrische schok.
Onbedoeld starten kan leiden tot beknelling, amputatie of rijtwonden.
Brandgevaar
Vóór het uitvoeren van afstellingen of reparaties:
•
Maak de bougiekabel los en houd de kabel op veilige afstand van de
ontstekingsbougie.
•
Ontkoppel de accu bij de negatieve aansluiting (alleen motoren met elektrostart).
•
Gebruik alleen correct gereedschap.
•
Verander niets aan regulateurveren, verbindingsstangen of andere onderdelen om
het motortoerental te verhogen.
•
Vervangende onderdelen moeten identiek zijn aan en op dezelfde positie worden
geïnstalleerd als de originele onderdelen. Andere onderdelen zullen minder goed
werken, kunnen de eenheid beschadigen en kunnen letsel veroorzaken
•
Sla niet met een hamer of hard voorwerp tegen het vliegwiel omdat het vliegwiel
anders later tijdens bedrijf kan barsten.
Bij het testen op vonkvorming:
•
Gebruik een goedgekeurde bougietester.
•
Controleer niet op vonkvorming wanneer de bougie verwijderd is.
Onderhoud aan de emissieregeling
Onderhoud, vervanging en reparatie van de apparatuur en systemen voor de
emissieregeling mogen worden uitgevoerd door een persoon of bedrijf
gespecialiseerd in de reparatie van niet op de weg gebruikte motoren. Het onderhoud
van de emissieregeling kan zonder kosten worden uitgevoerd door een erkende dealer.
Zie de verklaringen voor emissieregeling.
Onderhoudsschema
Na de eerste 5 uur
•
Olie verversen
Iedere 8 uur of dagelijks
•
Oliepeil motor controleren
•
Reinigen rond geluiddemper en bedieningselementen
•
Luchtinlaatrooster reinigen
Iedere 25 uur of jaarlijks
1
•
Luchtfilter reinigen
•
Voorfilter reinigen (indien aanwezig)
Iedere 50 uur of jaarlijks
•
Motorolie verversen
•
Onderhoud uitlaatsysteem
Iedere 100 uur
•
Tandwielreductieolie (indien aanwezig) vervangen
Jaarlijks
•
Bougie vervangen
•
Luchtfilter vervangen
•
Voorfilter vervangen (indien aanwezig)
•
Brandstoffilter vervangen (indien aanwezig)
•
Brandstofsysteem onderhouden
1
•
Koelsysteem onderhouden
2
•
Klepspeling controleren
1
Vaker reinigen onder stoffige omstandigheden of wanneer zich veel zwevend vuil
in de omgeving bevindt.
2
Alleen nodig bij problemen met de prestaties van de motor.
Carburateur en motortoerental
Stel de carburateur of het motortoerental nooit af. De carburateur is in de fabriek afgesteld
voor een efficiënte werking onder de meest gangbare omstandigheden. Verander niets
aan de regulateur, koppelingen of andere onderdelen om het motortoerental te verhogen.
Als er afstellingen moeten worden uitgevoerd, neem contact op met een erkende Briggs
& Stratton-servicedealer.
OPGEPAST
De fabrikant van de apparatuur heeft het maximale toerental voor de
motor zoals geïnstalleerd in de apparatuur gespecificeerd. Overschrijd dit toerental
niet. Als u niet weet wat het maximale toerental van de apparatuur is of waarop het
motortoerental in de fabriek is ingesteld, neem contact op met een erkende Briggs &
Stratton-servicedealer. Voor een veilige en juiste bediening van de apparatuur mag het
motortoerental uitsluitend worden afgesteld door een gekwalificeerde servicemonteur.
1
83