nl - Vertaling van origineel
U
Met een DIP-schakelaar achter de
kaart MCO 301 kunt u de instel-
ling van analoge ingang 54 wijzi-
gen.
Met onderstaande stappen wijzigt
u de instelling van analoge ingang
54 van spanning naar stroom:
• Schakel de spanning van de
aandrijving uit
• Verwijder het LCP-regelpaneel
• Verwijder de MCO301-kaart
• Verander de instelling van de
DIP-schakelaar van U (0-10 V)
naar I (4-20 mA)
3 Bediening
3.1 Gebruiksaanwijzing
Snelmenu's
Q1 Mijn persoonlijk menu
Q2 Snelle setup
Q3 Functiesetups
Q4 Genie opstarten
3.2 Start-Up Genie (Smart Setup)
Schakel de aandrijving(en) in en volg de onderstaande stappen om de
aandrijving te programmeren.
Regionale instellingen
Internationaal
Taal
Engels
48
I
• Bij de eerste keer dat Aquavar
wordt ingeschakeld, verschijnt
automatisch het Start-up Ge-
nie-menu, waarmee de para-
meters eenvoudig kunnen wor-
den ingesteld op basis van de
toepassing.
• Druk op de knop Quick Menu
om het menu Startup Genie te
openen en selecteer parame-
ter 04 "Start-up Genie" of
"Smart Start".
Navigeer als volgt door het menu
Start-up Genie:
• kies een menu-onderdeel met
de knop OK;
• pas dan de waarde aan met
de knoppen Omhoog en Om-
laag;
• bevestig met de knop OK;
• ga met de knop Omlaag naar
het volgende menu-onderdeel.
1. Kies International bij Regional
Settings.
2. Selecteer de taal en ga verder
met de pijl omlaag
Pompselectie
Toepassingstype
Booster
Motorvermogen
3 kW
Motor nominale spanning
400 V
Motorfrequentie
50 Hz
Nominaal motortoerental
2885 tpm
Motorstroom
9 A
Stroomgrens
110%
Motortype
Oppervlak
Slaaptoerental/Laag limiet
20,0 Hz
Filtertype
Geen
Automatische motor
aanpassing (AMA)
Volledige AMA inschakelen
Doorgaan naar de site
applicatie opstarten?
Ja
3.3 Applicatie opstarten
3.3.1 Selecteer de bedrijfsmodus (Operating Mode)
Selecteer de bedrijfsmodus op basis van uw systeem.
Lowara Aquavar
3. Selecteer het type pomptoe-
passing op basis van uw systeem:
Booster of HVAC.
4. Voer het nominale motorvermo-
gen in kW in op basis van de ge-
gevens van het typeplaatje van de
motor voor de volgende motorge-
gevens.
4a. Stel de nominale motorspan-
ning in.
4b. Selecteer de motorfrequentie.
4c. Voer het nominale motortoe-
rental in.
4d. Voer de nominale motor-
stroom in.
4e. Stel de maximale stroom in op
(Service Factor Amps/Full Load
Amps).
• Als bijvoorbeeld de Motor Cur-
rent (FLA) als aangegeven op
het type plaatje van de motor
gelijk is aan 5,6A en de Motor
Service Factor Current (SFA)
is 6.4A, voer dan 114% in voor
de Current Limit (%). Zorg dat
u de juiste waarde invoert voor
Motor Current (FLA) en Cur-
rent Limit.
4f. Kies Submersible voor boor-
gattoepassingen (dompelpomp) of
Surface voor bovengrondse moto-
ren.
4g. Voer de minimale waarde in
voor de motortoerental. De mini-
male motortoerental kan worden
ingesteld op een waarde gelijk
aan de minimale uitgangsfrequen-
tie van de motoras.
4h. Selecteer het juiste filtertype
als u een filter heeft geïnstalleerd
tussen de aandrijving en de mo-
tor. Raadpleeg de volledige hand-
leiding voor meer bijzonderheden.
4i. Bepaal de juiste parameter-
waarden voor de motor met be-
hulp van een automatische motor-
aanpassing (AMA - Automatic Mo-
tor Adaption) voor een beter ren-
dement en betere besturing van
de motor.
5. Selecteer Yes om door te gaan
met de setup van de applicatie
®
QUICK START GUIDE