Omgang Met Benzine En Olie; Ingebruikname; De Algehele Motorconditie Controleren; Vullen Met Gebruiksvloeistoffen - AL-KO Pro 225 Manual De Instrucciones

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 56

Ingebruikname

3.3

Omgang met benzine en olie

GEVAAR!
Explosie- en brandgevaar
Bij het ontsnappen van een benzine-
luchtmengsel ontstaat potentieel explo-
sieve atmosfeer. Door een ondeskundi-
ge omgang met brandstoffen kunnen de-
ze ontsteken, exploderen en ontbran-
den, wat tot zwaar letsel en zelfs sterf-
gevallen kan leiden.
Rook nooit, terwijl u met benzine
werkt.
Werk uitsluitend in de buitenlucht
met benzine en nooit in afgesloten
ruimten.
Neem beslist altijd de volgende ge-
dragsregels in acht.
Transporteer en bewaar benzine en olie uit-
sluitend op in goedgekeurde voorraadvaten.
Zorg ervoor dat de opgeslagen benzine en
olie niet toegankelijk zijn voor kinderen.
Zorg ervoor, om bodemvervuiling (milieube-
scherming) te vermijden, dat bij het tanken
geen benzine en geen olie in de aarde te-
rechtkomt. Gebruik bij het tanken een trech-
ter.
Tank het apparaat nooit af in gesloten ruim-
ten. Op de vloer kunnen zich benzinedampen
verzamelen waardoor het tot een explosieve
verbranding of zelfs explosie kan komen.
Veeg gemorste benzine altijd onmiddellijk op
van het apparaat of de vloer. Laat de doeken
waarmee u benzine afgeveegd heeft, op een
goed geventileerde plaats drogen voordat u
deze weggooit. Anders kan spontane zelfont-
branding optreden.
Bij het morsen van benzine ontstaan benzin-
edampen. Start het apparaat daarom nooit
op dezelfde plaats, maar altijd op een plaats
die minimaal 3 m daarvan is verwijderd.
Vermijd huidcontact met producten van mine-
rale oliën. Adem geen benzinedampen in.
Draag altijd veiligheidshandschoenen om
brandstof bij te vullen. Vervang en reinig de
beschermende kleding regelmatig.
Let erop dat uw kleding niet in contact komt
met benzine. Vervang uw kleding onmiddel-
lijk wanneer benzine op uw kleding terecht-
gekomen is.
Tank het apparaat nooit af, bij draaiende of
hete motor.
493401_a
4 INGEBRUIKNAME
OPMERKING
Voor ingebruikname:
altijd een visuele controle uitvoeren.
Met loszittende, beschadigde of ver-
sleten bedrijfs- en/of bevestingson-
derdelen mag de motor niet worden
gebruikt.
Vul de motor beslist met motorolie.
4.1

De algehele motorconditie controleren

1. Controleer de motor op:
Aanwijzingen voor olie- of benzinelekk-
ages op de buiten- en onderkant van de
motor.
Overmatig vuil of vreemde voorwerpen
Zichtbare beschadigingen
Stevige bevestiging van alle bouten en
moeren
Stevige bevestiging en aanwezigheid van
afschermingen en afdekkingen
Beschadiging en vervuiling van het lucht-
filter
Brandstofpeil
Motoroliepeil
2. Verhelp vastgestelde gebreken voor inge-
bruikname.
4.2

Vullen met gebruiksvloeistoffen

WAARSCHUWING!
Brand- en explosiegevaar
Benzine en olie zijn zeer gemakkelijk
ontvlambaar. Een brand kan dodelijk let-
sel tot gevolg hebben.
Vul de motor uitsluitend in de vrije
buitenlucht met benzine en olie, uit
de buurt van open vuur of warmte-
bronnen.
Vervang de tank of tankdop onmiddellijk wan-
neer deze beschadigd is/zijn.
Tankdop altijd stevig sluiten.
Wanneer er benzine is uitgelopen:
De motor niet starten.
Startpogingen voorkomen.
Reinig de gazontrekker en motor.
Gemorste brandstof kan op kunststofon-
derdelen tot beschadigingen leiden: Veeg
de brandstof meteen weg. De garantie
33

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido