WAARSCHUWING: Het apparaat MOET worden
1.7
geaard. Het is hierbij van belang dat de aansluitingen
overeenkomstig de navolgende codering gemaakt
worden:
• BRUIN - spanning
• BLAUW - neutraal
• GROEN/GEEL - aarde
1.8
Stukken blootliggende kabel moeten met zorg worden
geplaatst. Ze moeten zonodig worden beschermd met
een elektriciteitsbuis, vooral als er kans is dat ze in
contact komen met tuingereedschap, zoals een vork of
een grasmaaimachine, of kinderen en huisdieren.
Een aardlekschakelaar van maximaal 30 mA MOET op
1.9
de stroomtoevoer worden aangesloten.
1.10 Permanente aansluiting op het lichtnet (vaste
bekabeling) moet in overeenstemming met de
nationale en lokale regelgeving zijn. In geval van
twijfel over de aansluiting op het lichtnet moet u een
bevoegd elektricien of de betreffende lokale instanties
raadplegen.
1.11 Gebruik de stroomkabel of de reinigingshendel
nooit om het filter op te tillen of te verplaatsen. Het
apparaat kan hierdoor beschadigd raken. Als het
filter moet worden verplaatst, moet het apparaat
eerst worden uitgeschakeld en leeggepompt. Til het
apparaat op door het vast te houden in het gebied
waar het deksel op het hoofdvat is geklemd.
1.12 Gebruik de reinigingshendel nooit om op te zitten of
tegenaan te leunen! (Afb. 4).
1.13 Til het filter nooit op aan de reinigingshendel. Draag
het apparaat altijd door de rand van het deksel met
twee handen vast te houden (Afb. 5).
1.14 Laat het filter niet droog werken.
1.15 Blokkeer de uitgangen niet terwijl het filter in gebruik
is.
1.16 Gebruik het apparaat niet als het netsnoer is
beschadigd. Het netsnoer kan niet worden vervangen.
Als het netsnoer is beschadigd, moet de elektrische
behuizing worden weggegooid overeenkomstig lokale
regelgeving.
1.17 Bescherm het apparaat tegen bevriezing als u het niet
het hele jaar gebruikt. (Zie het gedeelte "Gebruik in de
winter".)
1.18 Bescherm het filter tegen direct zonlicht.
1.19 Dit apparaat is niet geschikt voor watertemperaturen
hoger dan 35ºC of lager dan 0ºC.
1.20 Gebruik uitsluitend accessoires die zijn ontworpen om
met dit apparaat te gebruiken. Het gebruik van andere
accessoires of onderdelen kan uw recht op garantie
beïnvloeden.
Indications d'ordre général
2.1
De Technische specificaties op de ommezijde geven
algemene richtlijnen over de specificaties van het filter
en de aanbevolen pomp. Voor de beste resultaten moet
echter ook rekening worden gehouden met andere
factoren, omdat deze het vermogen van het filter
kunnen beïnvloeden.
• Diepte van de vijver Hozelock Cyprio beveelt een
minimale diepte van 1,2 m aan voor koivijvers Voor
een vijver met een gemiddelde diepte van minder dan
0,75 m, is de voorwaardefactor +25%. Het zonlicht kan
volledig doordringen in ondiepe vijvers, waardoor deze
snel opwarmen. Dat stimuleert de groei van algen.
• Plaats De plaats van de vijver bepaalt de hoeveelheid
zonlicht of schaduw die op de vijver valt. Vijvers die
gedurende de hele dag worden blootgesteld aan volle
zon hebben een voorwaardefactor van +25%.
• Klimaat Het klimaat beïnvloedt de watertemperatuur
en heeft effect op de activiteit van uw vissen en hun
voedingsbehoeften. Hoe actiever de vis is, hoe hoger
de eisen die aan het filtersysteem worden gesteld.
In warme klimaten (bijvoorbeeld Zuid-Afrika) is de
voorwaardefactor +35%. In gematigde klimaten
(bijvoorbeeld Zuid-Europa) is de voorwaardefactor
+15%. In een Noord-Europees klimaat (bijvoorbeeld
de meeste gebieden in Groot-Brittannië) is de
voorwaardefactor +0%.
• VOORBEELD
U hebt een goudvissenvijver van 2200 liter met een
diepte van 0,75 m (voorwaardefactor +25%). U woont
in Londen (Noord-Europees klimaat, voorwaardefactor
+0%). De vijver wordt blootgesteld aan vol zonlicht
(+25%). Het effectieve volume van uw vijver neemt
daardoor met 50% toe (25% + 25%). De apparatuur die
u aan dient te schaffen moet dan geschikt zijn voor een
vijver van 3300 liter.
2.2
Stroomsnelheid Voor de beste resultaten moet al
het water van de vijver iedere 1½ tot 2½ uur door
de Bioforce Revolution lopen, waarbij de snelste
stroomsnelheid wordt aanbevolen voor koivijvers.
Overschrijd de maximale stroomsnelheid niet die
wordt aangegeven in de Technische specificaties
op de ommezijde. De juiste stroomsnelheid is
belangrijk voor de helderheid van het water. Als uw
installatie niet te lijden heeft onder hoge verliezen
(bijvoorbeeld door lange slangverbindingen), kan het
nodig zijn de stroomsnelheid aan te passen om de
omzetsnelheid van 1½ - 2½ uur te bereiken door een
stroomcontrolerende slangaansluiting te gebruiken.
Slangen met een kleine diameter, onnodig lange
slangen en grote opvoerhoogte kunnen de omzet van
een pomp sterk beïnvloeden. Wij adviseren daarom
een pomp te kiezen die de gewenste doorstroming kan
geven bij volledig statische opvoerhoogte (= verticale
afstand tussen pompoppervlak en filterinlaat), plus 0,6
m om wrijvingsverlies in de slangen te compenseren.
Doel van het filteren is het overbrengen van
afvalmateriaal van de vijver naar het filter. Dit
betekent dat iedere pomp die wordt gebruikt als
onderdeel van het totale pakket in staat moet zijn
vaste stoffen te verwerken, zoals bijvoorbeeld de
Hozelock Cyprio-reeks van Aquaforce-pompen die
speciaal is ontworpen voor vijvers met formaten die
binnen het bereik van Bioforce Revolution liggen.
De pomp moet in het diepste gedeelte van de vijver
worden geplaatst voor optimale circulatie van het
water in de vijver en maximalisering van het vermogen
vaste stoffen te verwerken. De pomp moet worden
geïnstalleerd op een vlak platform op 300 mm afstand
van de bodem van de vijver. Dit voorkomt dat de pomp
vuil rechtstreeks van de bodem van de vijver opzuigt
en zorgt ook dat er voldoende water in de vijver blijft in
geval van lekkage van de vijver.