GROUND
HANDBEDIENING
1- Monteer de twee cilinderkopschroeven e(18) rechtstreeks op het aandrijverlichaam.
2- Zet de sensorkaart c(18) vast met de twee schroeven f(18) boven de twee schroeven e(18), en let er hierbij op
dat de uitgangskabel in de groeven wordt gelegd die aanwezig zijn op de aandrijver.
3- Zet de eindaanslagschijf vast op de uitgaande hefboom met de schroeven M3 x 6mm (20).
4- Zet het samenstel van de schijf en de hefboom op de uitgaande as van de aandrijver vast met de stift (20).
5- Zet de verbindingsstang vast tussen de uitgaande hefbomen met de betreffende pennen en seeger (15).
6- SCHAKEL DE VOEDING VAN DE AANDRIJVER IN
7- Monteer de twee eindaanslagen b(19) op de schijf a(19) met de schroeven en moeren c(19) met de sensor als
uitgangspunt, en bevestig een van de aanslagen in de positie van poort open en de andere in de positie van poort
gesloten, en laat een hele cyclus maken.
8- Plaats de activeringsmagneten van de vertraging en de eindaanslagmagneten voor opening en sluiting in de
gewenste positie. Ga voor de regeling van de eindaanslagen altijd te werk aan de hand van de instructies van de
bedieningsapparatuur. Op de eindaanslag zijn verschillende zittingen aanwezig voor positionering van de
magneten, met een onderlinge afstand van 5°; op een vleugel met een lengte 2,5 m staat dit gelijk aan een boog
van 250/300 mm. Bij gebruik van een dubbele magneet (activering van de vertraging en einde van de beweging)
wordt geadviseerd om altijd minstens één zitting leeg te laten tussen de twee magneten.
9- Als de sensor niet leest, moet de hoogte e(21) ervan worden geregeld door de bevestigingsschroef f(18) los te
draaien en de cilinderkopschroeven e(18) vaster of losser te draaien. Span de bevestigingsschroeven ten slotte.
OPMERKING OVER DE MONTAGERICHTING VAN DE MAGNETEN
Bij de montage van de magneten d(20) moet op de polariteit van deze magneten worden gelet: op elke afzonderlijke
houder moeten magneten gemonteerd worden die in dezelfde polarisatierichting zijn gericht.
Om na te gaan of de montage correct is, moet de aandrijver worden verbonden met de besturingseenheid. Schakel
de aandrijver in totdat de magneten langs de sensor c(17) passeren; controleer of de leds van de ingangen van de
eindaanslagen op de besturingseenheid bij opening en sluiting correct uitgaan, en of de aandrijver stopt in de
posities van poort open en poort gesloten. Draai de magneten eventueel om als de fasen niet zijn zoals gewenst.
Het elektroslot wordt geadviseerd voor vleugels die groter zijn dan 2,5 m, en hoe dan ook voor
blinde/gefineerde vleugels.
INBEDRIJFSTELLING
- Programmeer de elektronische kaart volgens de vereisten, overeenkomstig de betreffende aanwijzingen.
- Voed de aandrijver en controleer de toestand van de leds overeenkomstig de tabel in de instructies over het
elektronische gedeelte.
TEST VAN DE AUTOMATISERING
Controleer de complete automatisering, inclusief alle hiermee verbonden accessoires.
Verschaf gebruiksaanwijzingen aan de klant en licht de correcte werking en het gebruik van de automatisering, de
voorzorgen, signaleringen en veiligheidsvoorzieningen toe.
HANDBEDIENING
Als het nodig mocht zijn het hek met de hand te bedienen, moet de handmatige ontgrendelinrichting met de sleutel
worden bediend.
N.B.:De ontgrendelmanoeuvres mogen alleen in noodsituaties worden verricht en met AFGEKOPPELDE
STROOMVOORZIENING.
De handmatige ontgrendelinrichting bevindt zich op de steunbeugel van het hek en zorgt ervoor dat het hek zowel
van binnenuit als van buitenaf ontgrendeld kan worden
Para efectuar manualmente a abertura é necessário proceder da seguinte forma:
- Destapar a fechadura deixando deslizar a protecção como indicado em (22).
- Introduzir a chave de desbloqueio na fechadura (22) e rodar a chave.
- Puxar a alavanca na nossa direcção e accionar manualmente a porta.
61
NL