NEDERLANDS
(Vertaling van de originele instructies)
Laat afgewerkte olie niet achter in het milieu: wend u tot de instantie die belast is met de verwerking.
4.6 Om de 500 uur: spanning van de drijfriem controleren
Haal het paneel aan de bovenkant en het paneel aan de achterkant eraf en controleer de spanning van de riem waarvan
de buiging circa 10 mm moet bedragen, als er in het midden ervan een belasting van 30 N / 3 kg op toegepast wordt
(fig. 12).
Draai de moeren waarmee de elektromotor vastzit los, span de riem door middel van de motor zelf waarbij u erop moet
letten dat de evenwijdigheid ten opzichte van de riemschijf van de compressor gehandhaafd blijft. Draai de moeren
weer goed aan.
4.7 Periodieke onderhoudswerkzaamheden
Één keer in de 6 maanden
Het is een goede gewoonte om alle gedeelten met ribben van de compressor, inclusief de luchtkoeler, schoon te
maken, hierdoor is het namelijk mogelijk om het koelsysteem efficiënt te houden en om dus een betere efficiëntie van
de machine te waarborgen.
Één keer in de 2 jaar
1) Controleer de aanzuig- en de perskleppen en maak ze schoon.
2) Controleer de terugslagklep en vervang het dichtingselement (A) (fig. 13) in voorkomend geval.
In deze gevallen verdient het aanbeveling om de betreffende dichtingen te vervangen.
4.8 Verwijdering van de compressor
Indien de compressor rijp is voor de sloop dan moeten alle materialen met inachtneming van de geldende voorschriften
verwijderd worden. Wend u zich in dat geval altijd tot de instanties die gespecialiseerd zijn in verwijdering en hergebruik
van afval.
Storing
Luchtlekkage uit de klep van de
drukverschilschakelaar als de
compressor uitgeschakeld is.
Langdurige luchtlekkage uit
de klep van de drukverschil-
schakelaar als de compressor
ingeschakeld is.
De compressor stopt en start
niet opnieuw.
De compressor stopt als de ma-
ximum druk bereikt wordt en de
veiligheidsklep treedt in werking.
De compressor stopt niet als de
maximum druk bereikt wordt
en de veiligheidsklep treedt in
werking.
De compressor komt niet op druk
en wordt te warm.
De compressor maakt veel
lawaai met een kloppend en
metaalachtig geluid.
5. LOKALISEREN VAN STORINGEN
Oorzaak
De terugslagklep sluit niet
goed af.
De startklep voor het onbelast
aanlopen is defect.
De oliecontrole is ingescha-
keld.
De wikkeling is verbrand.
De veiligheidsventiel functio-
neert niet goed.
De drukverschilschakelaar
functioneert niet goed of is
kapot.
De koppakking of de klep is
kapot.
De lagers zijn vastgelopen.
Oplossing
Ontlucht de tank, haal de stop uit de terugslagklep
en maak de klepzitting en het dichtingselement
goed schoon. Vervang het dichtingselement
eventueel..
Vervang de klep.
Vul olie bij en start de compressor opnieuw, als
de compressor weer geblokkeerd wordt neem
dan contact op met een vakman.
Wend u tot een vakman.
Schakel de compressor onmiddellijk uit en
vervang de klep.
Schakel de compressor onmiddellijk uit en wend
u tot een vakman.
Schakel de compressor onmiddellijk uit en wend
u tot een vakman.
Schakel de compressor onmiddellijk uit en wend
u tot een vakman.
80