8.5.1 Controleer het watercircuit
Het apparaat is uitgerust met een waterinlaat en een wateruitlaat voor aansluiting op een watercircuit. Alle veldbedrading en
componenten moeten worden geïnstalleerd door een erkende elektricien en voldoen aan de lokale wet- en regelgeving.
Het apparaat mag alleen worden gebruiken in een gesloten watersysteem. Toepassing in een open watercircuit kan leiden tot
overmatige corrosie van de waterleidingen.
Voorbeeld:
Buiten
1
Modbus
Codering
Assemblage-unit
1
Buitenunit
2
Binnenunit
Bedieningspaneel (accessoire)
3
Balanstank (niet meegeleverd)
5
Automatische ontluchtingsklep
5.1
5.2
Afvoerklep
P_o: Buitencirculatiepomp (niet meegeleverd)
6
Expansievat (niet meegeleverd)
13
Binnen
2
3
13
17
17
15
5.1
6
19
5
18
5.2
19
Codering
15
17
18
19
23
24
FHL 1...n
245
23
FHL1
FHL2
Assemblage-unit
Filter (accessoire)
Afsluitklep (niet meegeleverd)
Vulklep (niet meegeleverd)
Afvoerklep (niet meegeleverd)
Collector/distributeur (niet meegeleverd)
Omloopklep (niet meegeleverd)
Vloerverwarmingscircuit (niet meegeleverd)
24
FHLn