•
De buitenkant van de buitenpot mag worden schoongemaakt met een zachte doek en warm water en zeep. Droog het
af. Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen.
VOORZICHTIG: Geen enkel deel van het apparaat of het stroomsnoer onderdompelen in water of een andere
vloeistof.
•
Geen andere reparatiehandelingen mogen worden uitgevoerd.
LET OP: laat de pot drogen na het reinigen met de hand voorafgaand aan het opbergen.
PASTA EN RIJST:
•
Voor het beste rijstresultaat gebruikt u langkorrelige rijst of een speciale rijstsoort, zoals vermeld in het recept. Als de
rijst na de aangegeven kooktijd nog niet helemaal gaar is, voeg dan nog 1 tot 1½ kop vocht toe per kop gekookte rijst
en laat het geheel nog 20 tot 30 minuten doorkoken.
•
Voor de beste pastaresultaten de pasta eerst gedeeltelijk in een pan kokend water koken totdat die bijna gaar is.
Voeg de pasta aan de Crock-Pot
BONEN:
•
Bonen moeten helemaal zacht gemaakt worden voordat ze gecombineerd worden met suiker en/of zure gerechten.
Suiker en zuur hebben een verhardend effect op bonen en voorkomen dat ze zacht worden.
•
Gedroogde bonen, vooral rode kievitsbonen, moeten gekookt worden voordat ze aan een recept worden toegevoegd.
•
Volledig gare bonen uit blik kunnen gebruikt worden ter vervanging van droge bonen
GROENTEN:
•
Veel groenten profiteren van slowcooking, waarbij hun volle smaak tot zijn recht komt. In uw slowcooker worden ze
meestal niet doorgekookt, zoals wel kan gebeuren in de oven of op het fornuis.
•
Als u recepten bereidt met zowel groenten als vlees, leg dan de groenten vóór het vlees in de slowcooker. Over het
algemeen koken groenten langzamer dan vlees in de slowcooker.
•
Plaats groenten langs de zijkanten of op de bodem van de aardewerken pot voor een betere bereiding.
KRUIDEN EN SPECERIJEN:
•
Verse kruiden voegen smaak en kleur toe, maar dienen pas aan het eind van de bereidingstijd toegevoegd te worden,
aangezien de smaak tijdens lange kooktijden vervliegt.
•
Gemalen en/of gedroogde kruiden en specerijen zijn bij uitstek geschikt voor slowcooking. Ze kunnen aan het begin
van de bereidingstijd worden toegevoegd.
•
De smaakkracht van kruiden en specerijen kan aanzienlijk variëren, afhankelijk van hun specifieke sterkte en de
houdbaarheidsperiode. Wees voorzichtig met kruiden: proef eerst aan het eind van de bereidingstijd en breng het
gerecht pas vlak voor het opdienen op smaak.
MELK:
•
Melk, room en zure room kunnen schiften tijdens lange bereidingstijden. Indien mogelijk, pas toevoegen in de laatste
15 tot 30 minuten van de bereidingstijd.
•
Gecondenseerde soep kan als vervanging voor melk dienen en kan gedurende langere tijden koken.
SOEPEN:
•
Sommige soeprecepten vragen om grote hoeveelheden water. Eerst de andere soepingrediënten aan de slowcooker
toevoegen en daarna net genoeg water toevoegen tot het geheel onder water staat. Indien dunnere soep gewenst is,
meer vocht toevoegen bij het opdienen.
VLEES:
•
Vet wegsnijden, goed afspoelen en het vlees droogdeppen met keukenpapier.
•
Door het vlees in een aparte braad- of koekenpan aan te braden, kan het vet voor het slowcooken weggegoten
worden. Dit geeft ook een rijkere smaak.
•
Het vlees dient zodanig in de aardewerken pot gelegd te worden dat het niet in aanraking komt met het deksel.
•
Voor kleinere of grotere stukken vlees, de hoeveelheden groente of aardappelen zodanig aanpassen dat de
aardewerken pot altijd ½ tot ¾ vol is.
All manuals and user guides at all-guides.com
HINTS EN TIPS
slowcooker toe voor de laatste 30 minuten van de bereidingstijd.
®
43