INSTELLING VAN DE
WERKPARAMETERS
+ -
1.
2.
LET OP: indien de programmering niet
voltooid wordt (via functie 9. Einde
programmering) gaan de ingestelde
parameters verloren.
Indien de ingestelde parameters verkeerd zijn,
volstaat het de voeding naar het systeem weg
te nemen, opnieuw te activeren en de
programmeerprocedure te herhalen.
1. Instelling van de eindschakelaar van de opening
2. Instelling van de eindschakelaar van de sluiting
2 2
-
0 0
I I
LET OP: de eindschakelaar van de opening moet bewaard worden voordat de
eindschakelaar van de sluiting bewaard wordt. Indien deze procedure verkeerd gebruikt wordt,
wordt de parameter bij de instelling van de eindschakelaar van de sluiting NIET bewaard.
2 2
I I
+
-
67
+
-