3�2
MMA -Lassen
Deze lasmachine is geschikt voor het lassen met alle soorten elektroden. Ook kunnen celluloseachtige elektroden
worden gesmolten AWS 6010 (Art. 520).
− Zorg dat de schakelaar (F) op 0 staat en sluit vervolgens de laskabels aan, ervoor zorgend dat de door de fabrikant
van de gebruikte elekroden voorgeschreven polariteit is gerespecteerd.
ZEER BELANGRIJK: Verbind de aansluiting van de aardingskabel met het werkstuk en zorg voor een goed contact om
een probleemloze werking van de uitrusting te garanderen en spanningsvallen met het werkstuk te vermijden.
− Raak de lasbrander of elektrodeklem en de massa-aansluiting niet tegelijkertijd aan.
− Zet de machine aan met de schakelaar (F).
− Regel de stroom op basis van de diameter van de elektrode,de laspositie en het type lasverbinding dat moet
worden gemaakt.
− Stel de lasstroom in met de knop (A), de warme start met de knop (I), en de kracht van de vlamboog met de knop
(L). Vergeet nooit de machine uit te schakelen en de elektrode uit de klem te verwijderen na het lassen.
3�3
TIG-Lassen
Deze lasmachine is geschikt voor het lassen van de volgende materialen met het TIG-procédé: roestvrij staal,ijzer,
koper.
− Zorg dat de schakelaar (F) op 0 staat.
− Sluit de stekker van de massakabel aan op de positieve pool (+) van de lasmachine en verbind de klem met het
werkstuk, zo dicht mogelijk bij het laspunt.
− Gebruik het brandertype T150 en sluit de voedingsstekker aan op de negatieve pool (-) van de lasmachine (Art.
520).
− Sluit de gasslang aan op de uitlaat van de drukregelaar, die op zijn beurt is aangesloten op een ARGON-cilinder.
− Druk op de branderstarter en regel de gasstroom.
− In de brander bevindt zich een klep die de gasstroom blokkeert wanneer de starter wordt losgelaten.
− Gebruik een wolfraamelektrode die voor 2% is bedekt met thorium (rode strook), met een diameter van 1,6 (1/16").
− Zet de machine aan met de schakelaar (F).
− Stel de lasstroom in met de knop (A) en de warme start met de knop (I) (Art. 520).
− Breng de vlamboog in contact met het werkstuk en maak vastberaden en snelle bewegingen.
− Vergeet niet de machine uit te zetten en de afsluiter van de gasfles dicht te draaien na het lassen.
Opmerking: het apparaat is alleen geschikt voor TIG-lassen als de vereiste accessoires zijn aangesloten op connector
H (Art. 520).
4
ACCESSOIRES
Dit apparaat is ontworpen voor gebruik met de volgende accessoires:
♦
Art. 187 + verlenging art. 1327. voor de lasstroomregeling bij elektrodelassen
♦
Art. 1284.05 houder + massa 35 mm2 voor elektrodelassen (art. 520)
♦
Art. 1281.04 houder + massa 16 mm2 voor elektrodelassen (art. 506)
Dit apparaat is bestemd voor TIG-lassen. Voor art. 520 wordt de TIG-connector 3170241 geleverd (zie schema).
3301012/B
LOCK (3-8)
TIG CONNECTOR 3170241
START(1-9)
59