MagicWatch MWE910, 900, 900F
10
Parkeerhulp gebruiken
De achterste sensoren (MWE910/900) worden automatisch geactiveerd
door het inschakelen van de achteruitversnelling als het contact ingescha-
keld is of als de motor loopt.
De voorste sensoren (MWE910/900F) worden automatische geactiveerd
zodra de rijsnelheid tussen 0 en 10 km/h ligt en de ontsteking ingeschakeld
is.
Indien het tachosignaal niet kan worden waargenomen, worden de voorste
sensoren geactiveerd door het inschakelen van het contact of na het in de
achteruit schakelen. Na afloop van een instelbare uitschakeltijd worden ze
automatisch gedeactiveerd. Bovendien kan er een schakelaar MWS-910
(toebehoren) ter activering van de voorste sensoren ingebouwd worden.
Zodra zich in het detectiebereik een hindernis bevindt, klinkt een signaaltoon
die in gelijke intervallen wordt herhaald.
Als de hindernis verder wordt genaderd, verandert de tonenreeks afhankelijk
van de zone waarin de hindernis zich bevindt; op die manier wordt de afstand
doorgegeven (afb. e).
LET OP!
A
Breng het voertuig onmiddellijk tot stilstand en controleer de situa-
tie (evt. uitstappen), als bij het rangeren het volgende gebeurt:
Bij het rangeren geeft het toestel eerst een hindernis aan en de to-
nenreeks wordt heel normaal sneller (bijv. overgang van de lang-
zame in de middelste tonenreeks). Plotseling gaat de signaaltoon
over in de langzame tonenreeks of er wordt helemaal geen hinder-
nis meer aangegeven.
Dit betekent dat de oorspronkelijke hindernis zich niet meer in het
detectiebereik van de sensoren bevindt (afhankelijk van de vorm),
maar nog steeds kan worden genaderd.
NL
Parkeerhulp gebruiken
93