5.4
Uitschuifbare spuitlans
5.5
Schakel het apparaat in
en uit (na aansluiting op
een kraan)
5.6
Start het apparaat (indi-
en aangesloten op open
reservoirs (zuigmodel))
Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing
2. Sluit de tuinslang met de
snelkoppeling aan op de
waterkraan (toevoerwater,
max. druk: 10 bar, max. tem-
peratuur: 60°C).
De sproeilans staat tijdens het
gebruik onder druk. Houd deze
daarom stevig vast met beide
handen. BELANGRIJK: Houd
de sproeikop op de grond
gericht.
1. Controleer of het apparaat
verticaal staat.
OPMERKING: Plaats het
apparaat niet in hoog gras.
2. Ontgrendel de trekker.
3. Activeer de handgreep van
het spuitpistool en laat het
water lopen totdat alle lucht
is ontsnapt uit de hogedruk-
slang.
4. Zet de start/stop schakelaar
(1) in positie "I".
5. Druk op de trekker van het
sproeigeweer.
Pas de afstand en daarmee de
druk van de sproeikop altijd aan
het te reinigen oppervlak aan.
Het reinigingsapparaat kan bij-
voorbeeld water uit een regen-
ton gebruiken. De slang voor
watertoevoer mag niet langer
zijn dan ca. 5 meter.
Zorg dat het waterreservoir
hoger staat dan het apparaat.
Gebruik een extern filter als het
water onzuiverheden bevat.
1. Zorg dat de waterslang volle-
dig met water is gevuld voor-
3. Draai de kraan open.
Het apparaat is uitgerust met
een uitschuifbare spuitlans. Om
de lans te verkorten of te ver-
lengen, drukt u de knop (16) in
en schuift u de lans uit of in. Als
u een klik hoort, zit de lans in
de juiste positie.
Dek het apparaat tijdens het
gebruik niet af.
Opmerking:
Als u het appa-
raat langer dan
5 minuten alleen
laat of niet ge bruikt, moet u
het uitschakelen met de aan-/
uitschakelaar (1) "O"
1. Zet de start/stop schakelaar
(1) in positie "O".
2. Verwijder de stekker uit de
stroomaansluiting.
3. Sluit de watertoevoer en druk
op de trekker om de druk van
het apparaat weg te nemen.
4. Monteer het spuitpistool en
daarna de lans..
Wanneer u de trekker van het
sproeigeweer loslaat, stopt het
apparaat automatisch. Het ap-
paraat start opnieuw wanneer
u het sproeigeweer opnieuw
activeert.
dat deze wordt aangesloten
op de machine. Leg de ge-
hele slang in een tank of em-
mer. Vouw de watertoevoer-
slang onder water dubbel om
waterverlies te voorkomen en
sluit hem vervolgens aan op
de machine met de snelkop-
peling. Ontvouw daarna de
watertoevoerslang.
2. Demonteer het spuitpistool,
de lans en de sproeier.
3. Draai de start/stop-schake-
155